Controle op ‘identificatieplicht’ moet bij wet worden vastgelegd

De Centrale Bank van Suriname (CBvS) is aangewezen als de AML-toezichthouder voor financiële dienstverleners. Deze bevoegdheid strekt zich alleen uit tot het toezicht op de Melding van Ongebruikelijke Transacties (MOT). Voor zover het gaat om het toezicht op en de controle op de Wet Identificatieplicht Dienstverleners (WID), kan het voor CBvS lastig zijn om de sancties daarin te handhaven, omdat de genoemde wet niet voorziet in eventuele toezichtbevoegdheden vanuit de CBvS, aldus het Mutual Evaluation Rapport (MER) van de Caribbean Financial Action Task Force (CFATF). Dit is volgens de CFATF een tekortkoming, omdat de CBvS bevoegdheden tot het toezicht op en de handhaving van sancties op grond van de WID, zou kunnen aanvechten.

In het Mutual Evaluation Rapport is vastgesteld, dat het institutionele en bestuurlijke kader dat de Financial Intelligence Unit Suriname (FIUS) nodig heeft om toegang te krijgen tot informatie en gegevens uit overheidsbronnen, niet zijn ingevoerd, waardoor de toegang tot dergelijke informatie beperkt is.

“De FIUS kan niet spontaan informatie verspreiden naar binnenlands bevoegde autoriteiten, tenzij het een Memorandum of Understanding (MoU) met hen deelt. De FIUS is niet bevoegd om onafhankelijk te handelen en contact op te nemen met dergelijke binnenlandse bevoegde autoriteiten over het delen van informatie.” Naast deze tekortkomingen zijn er geen regels of wettelijk kader die de verspreiding via speciale, beveiligde en beschermde kanalen mogelijk maken. Er zijn enkele maatregelen zoals de Gedragscode en de fysieke beveiliging, maar die maatregelen zijn beperkt; en verspreiding is beperkt tot onderzoeks- en vervolgingsautoriteiten.

More
articles