Advies CFATF: ‘Controle bij verschillende financiële instanties verhogen’

‘De huidige wetgeving van Suriname definieert of verwijst niet naar de binnenlandse Political Exposed Persons (PEP’s) of personen aan wie een vooraanstaande functie is toevertrouwd door een internationale organisatie en hun naaste familieleden en naaste medewerkers. Er is geen bepaling voor verbeterde lopende monitoring van binnenlandse PEP’s. Er zijn geen gedefinieerde Costumer  Due Dillegence (CDD)-maatregelen voor de binnenlandse PEP’s of personen aan wie een prominente functie is toevertrouwd door een internationale organisatie. Deze tekortkomingen worden zwaar gewogen, gezien het risico en de context van Suriname en de risico’s van het binnenlandse PEP’s”, aldus het Mutual Evaluation Rapport (MER) van de Caribbean Financial Action Task Force (CFATF). Er is volgens de bevindingen van het CFATF, geen vereiste in de Surinaamse wetgeving die Financial Institutions (FI’s) verplicht te bepalen of de begunstigden en/of indien nodig, de uiteindelijke begunstigde van een begunstigde van een levensverzekering, een binnenlandse PEP is.

“Met betrekking tot levensverzekeringen zijn er ook geen maatregelen vast te stellen of de begunstigden en/of indien nodig, de uiteindelijk gerechtigde van de begunstigde binnenlandse PEP’s zijn. Vanwege de beperkte risico’s worden de problemen met betrekking tot levensverzekeringen minimaal gegeven weging”, aldus het MER.

Correspondentbankieren

Het MER stelt dat de maatregelen voor correspondentbankieren gedeeltelijk van kracht zijn. “Er zijn echter geen specifieke te nemen maatregelen voor andere soortgelijke relaties, met uitzondering van correspondentbankrelaties, inclusief effectentransacties of geldovermakingen, ongeacht of het gaat om grensoverschrijdende FI’s als opdrachtgever of voor zijn klanten. Verder zijn er geen gedefinieerde maatregelen om de toereikendheid te beoordelen de AML/CFT-systemen, procedures en controles van de respondentinstellingen. Deze tekortkomingen zijn als matig beschouwd, gezien de risico’s van correspondentbankrelaties binnen Suriname.”

Geldtransactiekantoren

De bevoegde autoriteit, de Centrale Bank van Suriname (CBvS), is gemandateerd om voorafgaand aan de vergunningverlening aan geldtransactiekantoren, een vergunning te verlenen voor aanvang van hun werking. Filialen kunnen ook worden opgericht door middel van wisselkantoren/cambio’s, mits schriftelijk toestemming verkregen van de CBvS. Ook zijn er mechanismen voor de regulering van deze branches. De CBvS is bevoegd om toezicht te houden op de sector en aan niet erkende geldtransactie-exploitanten, kunnen sancties worden opgelegd. Er zijn volgens het rapport kleine tekortkomingen in deze aanbeveling, waaronder lacunes in het toezicht op Money Transaction Offices/ geldwisselkantoren (cambio’s). Suriname kent volgens de CFATF grotendeels maatregelen voor het melden van verdachte transacties. Echter, in Suriname heeft Money Laundering (ML) een specifieke betekenis. Ook heeft Suriname een hogere drempel vastgesteld dan verwacht voor wat theoretisch kan resulteren bij transacties die wijzen op andere criminele activiteiten die niet worden aangegeven. FI’s en hun directeuren, functionarissen en werknemers worden door de wet beschermd tegen zowel strafrechtelijke als civiele zaken aansprakelijkheid wanneer zij informatie over ML aan de FIUS bekendmaken, maar deze bescherming is niet uitgebreid tot openbaarmakingen met betrekking tot TF.

Bron: https://www.cfatf-gafic.org/home-test/english-documents/4th-round-meval-reports/19770-suriname-4th-round-mer/file

More
articles