Als de aardgasreserves van Guyana, Trinidad & Tobago (T&T) en Suriname optimaal worden ontwikkeld, kunnen deze landen een eeuw lang voorzien in de regionale elektriciteitsbehoefte, zegt de president van Guyana, Irfaan Ali. Hij sprak hierover afgelopen dinsdag tijdens de opening van de Energy Conference 2023 in het Marriott Hotel in Georgetown, toen hij uitlegde dat er veel kansen zijn in de aardgasindustrie. Het staatshoofd gaf een voorbeeld van Roraima in Brazilië, de enige staat buiten het nationale net in Brazilië, en de kosten die het maakt om elektriciteit op te wekken voor de bevolking van die staat. “Om elektriciteit op te wekken, moeten ze fossiele brandstof(in) vrachtwagens vervoeren vanuit Manaus, de hoofdstad van de naburige staat Amazonas, 780 km van Boa Vista, de hoofdstad van Roraima. Alleen al dit jaar zal de federale regering elektriciteit in de staat Roraima moeten subsidiëren met 2,3 miljard dollar voor een bevolking in die staat van 3 miljoen personen in een land met een bevolking van 214 miljoen.”
Schonere elektriciteit
Tegen deze achtergrond sprak de Guyanese president over het aardgaspotentieel dat in het Caribisch gebied bestaat en dat indien volledig gerealiseerd, goedkopere en schonere elektriciteit kan opwekken. Hij zei dat het halfjaarlijkse rapport van het ministerie van Financiën van Guyana stelt dat de geschatte winbare gasreserve van het land 17 biljoen kubieke voet bedraagt, waarmee Guyana een van de grootste bezitters van aardgasreserves in de regio is. President Ali: “Venezuela heeft ongeveer 200 biljoen kubieke voet aan bewezen aardgasreserves. In het Guyana-Suriname-bekken is naar schatting meer dan 30 biljoen kubieke voet aardgas aanwezig. Trinidad en Tobago hebben bewezen aardgasreserves van 10 biljoen kubieke voet en een geschat potentieel van 23 biljoen kubieke voet. Het heeft 54 biljoen kubieke voet gas om 7,3 miljoen gigawattuur energie te produceren. Dus met de gecombineerde geschatte elektriciteitsbehoefte voor de Caricom en Roraima van ongeveer 40.000 gigawattuur, zou het gecombineerde gaspotentieel van Guyana – ik blijf gewoon bij elektriciteit – Suriname, Trinidad en Tobago alleen al meer dan 100 jaar van energie kunnen voorzien.”
Guyana is momenteel in gesprek met een aantal landen over een energiecorridor en er wordt gewerkt aan een regionale energiestrategie. De landen die naar verwachting zullen deelnemen aan die strategie zijn Guyana, Suriname, Trinidad en Tobago, Brazilië en zelfs Barbados, dat aardgaspotentieel heeft. De eerste keer dat president Ali sprak over de interesse van Trinidad in het energiecorridor-initiatief was in juni 2022, op de Suriname Energy, Oil & Gas Summit and Exhibition, toen hij had onthuld dat een regionale energiestrategie die de olie- en aardgasproducenten zou verbinden in de regio wordt gemaakt.
Destijds had het Guyanese staatshoofd gezegd dat hoewel Guyana, Suriname en Brazilië al besprekingen waren begonnen over het combineren van hun capaciteiten om een energiecorridor te creëren en het potentieel voor een reeks productie- en industriële ontwikkelingsinitiatieven te ontsluiten, Trinidad ook geïnteresseerd is om samen te werken met hen om een deel van dit potentieel te ontsluiten.
Er is al langer sprake van een energiecorridor, waarbij de Inter-American Development Bank (IDB) zowel baseline als pre-haalbaarheidsstudies uitvoert. Guyana is in feite partij bij een Memorandum of Understanding on the Northern Arc (Arco Norte) Interconnection Project, dat de haalbaarheid van een mogelijke samenwerking op het energietransmissiesysteem voor de elektrische interconnectie van Guyana, Suriname, Frans-Guyana probeert te evalueren en de noordelijke steden van Brazilië.
Ondertussen is Guyana al bezig met de ontwikkeling van een geïntegreerde Natural Gas Liquid (NGL)-centrale en een 300-megawatt (MW) krachtcentrale met gecombineerde cyclus in Wales, West Bank Demerara (WBD). Tijdens het project zal ExxonMobil gas uit het Liza-veld in het Stabroek-blok onshore in Wales aanleggen via pijpleidingen die het zal aanschaffen, installeren en onderhouden. Op basis van uitgevoerde onderzoeken zou ExxonMobil tot 50 miljoen kubieke voet gas per dag kunnen produceren voor dit initiatief zonder de olieproductieactiviteiten op zee te beïnvloeden.
De operationalisering van het gas-to-energy-project zal naar verwachting resulteren in een halvering van de huidige elektriciteitstarieven dat de expansie van de industriële en commerciële sectoren zou stimuleren. Tot nu toe heeft de regering 24,6 miljard dollar uitgegeven aan het opstarten van dit project. Dit omvat USD 400 miljoen voor de verwerving van privégrond om de aanleg van pijpleidingen in regio drie te vergemakkelijken, en de resterende USD 24,213 miljard was een betaling van 15 procent op het Engineering Procurement and Construction (EPC)-contract, dat werd gegund aan de Amerikaanse bedrijven CH4 en Lindsayca eind vorig jaar.
De totale kosten van het EPC-contract bedragen 759,8 miljoen dollar. Naast het EPC-contract kost het toezicht op de NGL- en energiecentralecomponenten van het project nog eens 23 miljoen dollar. Met een tijdschema om tegen eind 2024 genoeg gas te leveren om de energiecentrale van brandstof te voorzien en de NGL-centrale tegen 2025 operationeel te laten zijn, wordt er hard gewerkt om het gas-to-energy-project van de grond te krijgen.
