Geen salaris voor niet verrichte werkzaamheden van ambtenaren

“Artikel 28a is thans in behandeling bij ons parlement, om toegevoegd te worden bij het vigerend artikel 28 van de Personeelswet.” Dit artikel als deel van onze Personeelswet, wordt weinig actief toegepast zegt DNA-lid Cedric van Samson (VHP). Volgens hem maakt de toevoeging van dit lid van het artikel in de Personeelswet, het moeilijker voor ambtenaren die zich niet hebben willen registreren, om niet naar het werk te gaan, maar actief bezig zijn met politieke activiteiten. Hij gaf het voorbeeld van de Nationale Democratische Partij, waar NDP-politiek gezinde ambtenaren die lijfelijk aanwezig dienen te zijn aan het werk, doodgewoon wegblijven.

Waarschijnlijk is het zelfs zo dat deze ambtenaren ook niet ziek zijn, maar niet komen werken.  “We gaan ze niet ontslaan, ook niet meer oproepen, om te komen werken.”

Vandaar dat er een toevoeging komt bij het artikel 28 van de Personeelswet en wel artikel 28a. Het wetsartikel begint met de kop: ‘Geen salaris voor niet verrichtte werkzaamheden’. Dit artikel houdt in, dat als de ambtenaar geen gegronde reden heeft voor afwezigheid, zoals bij wet is voorgeschreven, dat hij/zij geen aanspraak maakt op loon, door niet te verschijnen op het werk. Als je opgeroepen bent om te komen werken en je hebt geen grondige reden tot verzuim, dan kan dit gedrag betrokkene worden aangerekend.

Het salaris wordt dan niet toegekend, omdat werkzaamheden die tijdens de reguliere dienst- en werktijden zouden moeten zijn verricht, dat niet zijn. Van Samson zegt, dat mensen die de NDP indertijd heeft “geregeld” bijvoorbeeld, altijd op de been zijn om te protesteren tijdens hun werktijd bij de overheid.

Artikel 28a heeft een voordeel voor politieke partijen, verduidelijkt het DNA-lid Van Samson, “Door de jaren heen hebben verschillende politieke partijen hun loyalen en dus delen van de achterban, in het overheidsapparaat geaccommodeerd.” Meer nog, brengt Van Samson naar voren, dat wanneer de verkiezingen weer voor de deur staan, partijen een beroep kunnen doen op deze loyalisten voor het voeren van propaganda. Volgens voormelde wetgever, zijn ambtenaren niet vrij voor welke politieke partij dan ook, om tijdens werkuren propaganda te gaan maken, “ook al had NPS of ABOP je aan het werk gezet”. Als ambtenaar ben je niet vrij voor het partijwerk. Volgens Van Samson is dit waarvoor politieke partijen thans bang zijn. Hij stelt dat van de willekeur die er was, komt nu dat oppositionelen denken dat als zij in het machtscentrum zaten, zij hun mensen wel toestemming zouden geven het werk voor propagandadoeleinden te verlaten. “De oppositionelen gaan er namelijk vanuit dat de coalitiegenoten ABOP, de NPS en de VHP, dat ook zullen willen doen.

More
articles