De ouderen onder ons hebben zeker niet met bevreemding opgekeken, toen er door de media gemeld werd, dat er wederom een aanslag was gepleegd op een der objecten van de rechterlijke macht en dit keer voor de tweede keer op het Kantongerecht voor Strafzaken aan de Mgr. Wulfinghstraat. De eerste keer ging het gebouw op 16 juli 2001 door opzettelijke brandstichting verloren, en nu hebben criminelen het wederom gemunt op de nieuwbouw van het Kantongerecht op hetzelfde adres. Ouderen onder ons zijn ook de opzettelijke brandstichting in 1989 niet vergeten van het gebouw der Kantongerechten aan de Grote Combéweg. Ook werd er op een gegeven moment een poging ondernomen om brand te stichten in het gebouw waar de rechter-commissaris in strafzaken kantoor hield en houdt aan de Mr F.H.R. Lim A Postraat. Gelukkig konden de brandstichters toen snel worden achterhaald en gearresteerd. Deze jonge criminelen, waaronder een zoon van een hoge militair, werden door middel van camerabeelden heel snel zichtbaar gemaakt en konden worden aangehouden, vervolgd en veroordeeld. Het is dus geen vreemd fenomeen in ons land, dat bepaalde lieden deze oude “modus operandi” toepassen, om derden angst aan te jagen. Binnen kringen van de justitie werkt men naarstig aan het onderzoek om erachter te komen, wie deze snode daad heeft uitgevoerd. Opvallend is dat de aanslagplegers op een dergelijke wijze zijn opgetreden en daarbij explosieven hebben ingezet, die slecht op elkaar zijn ingesteld, maar bij explosie wel voor enorme schade zouden hebben gezorgd. Alvast werd er gebruik gemaakt van een zogeheten Rocket Propelled Granade, RPG, waarbij de lanceerhuls niet voorhanden was of niet gebruikt. Door een handgranaat aan de RPG granaat met plakband te bevestigen, bestaat het vermoeden dat men een enorme explosie teweeg wilde brengen. Het behoeft geen uitvoering betoog dat het om militaire aanvalswapens gaat, die in gebruik zijn bij de infanterie-eenheden en het Korps Speciale Troepen, KST, van het Nationaal Leger. De granaten komen, zoals de minister van Defensie al heeft gesteld, uit het Nationaal Leger en nu zal moeten worden uitgezocht, hoe ze uit het munitiedepot zijn ontvreemd en wie daar eventueel medewerking aan heeft verleend. Hoe zulke gevaarlijke militaire middelen buiten zijn geraakt, moet onderzocht worden en vormt wel een heel gevaarlijke ontwikkeling, waarbij gerust kan worden gesteld, dat de nationale veiligheid, nog meer in gevaar is gekomen. Ook bestaat het vermoeden dat deze mislukte aanslag te maken heeft met een bepaalde belangrijke strafzaak waar het Hof binnenkort zijn finale bevindingen over zal doen.