In onze samenleving is het al geruime tijd zo, dat veel afgestudeerden geen baan kunnen vinden. Deze gekwalificeerde krachten zitten maanden en zelfs jaren thuis, terwijl ze voortdurend sollicitatiebrieven richten aan bedrijven en ministeries. Ook valt te constateren, dat de meesten in onze samenleving die het Voortgezet Onderwijs op Seniorenniveau (VOS) niet hebben afgerond, wel hoge functies hebben bemachtigd binnen bedrijven maar het meest bij de overheid zitten. Een directeur op één van onze ministeries, die anoniem wenste te blijven, zei tegen over De West, dat dit fenomeen zich zal blijven voordoen binnen de departementen, als de afgestudeerden niet opkomen voor zichzelf. Volgens hem heeft dit meer te maken met politiek. “De partij die aan de macht komt, bepaalt wie zij in dienst neemt en op elk ministerie plaatst ze haar mensen. In de meeste gevallen nemen ze familieleden en vrienden in dienst”, aldus de directeur. Hij benadrukte dat de mensen die via de politiek op de ministeries belanden, geen weet hebben van de werkzaamheden die verricht moeten worden. “Bepaalde nieuwelingen kunnen niet eens met een computer of een USB- stick werken.” De directeur vindt deze ontwikkeling onkan, omdat er volgens hem afgestudeerden zijn, die de taken binnen de verschillende afdelingen van het ministerie, beter zouden kunnen vervullen. De directeur zei verder, dat degenen die geen weet hebben van de werkzaamheden, daarenboven in hoge schalen zitten en meer verdienen dan degenen die hoger opgeleid zijn en meer weten van de werkzaamheden. Volgens hem heeft de regering het niet door, dat de ministeries geen ministeries meer zijn, “maar een familie- en vriendenfeesthuis”. ‘’Mensen gaan en komen thans wanneer ze willen en worden toch volledig uitbetaald”, aldus de directeur. Hij zei dat de eerste stap voor verandering in deze situatie, bij de afgestudeerden moet beginnen en de volgende stap bij de regering. “Je kunt niet jarenlang zo hard studeren om toch thuis te blijven zitten met een diploma. Als het zo is, hoeft voor mij niemand meer te studeren”, aldus de directeur.

Cheraidha Oosterwolde