CBvS geeft overheid toegang tot financiële middelen

Elk bankbiljet voor ±85% gedekt door goud- en deviezenvoorraad

Het is volgens de Centrale Bank van Suriname (CBvS), belangrijk om te vermelden dat in het kader van het programma met het Internationaal Monetair Fonds (MF), de Surinaamse overheid geen nieuwe leningen in binnen- en buitenland kan sluiten. “Dus ook niet bij een lokale bank die genoemd wordt. Ook kan de overheid geen schatkistpapier uitgeven. Economische analisten en andere schrijvers worden van harte aangespoord het programma met het IMF goed door te nemen of zich goed te laten informeren”, laat de moederbank weten in het kader van de verschillende berichten in de media waarin werd aangegeven, dat er sprake zou zijn van monetaire financiering.

Toegang tot financiële middelen

In de plaats van het sluiten van binnenlandse en buitenlandse commerciële leningen, krijgt de overheid van de CBvS toegang tot financiële middelen (in de vorm van betalingsbalanssteun, begrotingssteun en projectfinanciering in vooral US-dollars) van internationale en regionale financiële instellingen zoals het IMF, de Wereldbank, Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank (IDB) en Caribbean Development Bank (CDB). “Naast de financiële ondersteuning van de internationale instellingen, kan de overheid ook putten uit haar mijnbouwontvangsten. Indien de overheid deze financiële middelen aanspreekt, dient zij deze uitsluitend te verkopen aan de Centrale Bank. Hierdoor nemen enerzijds de internationale reserves (IR) van de Centrale Bank en anderzijds de SRD-tegoeden van de overheid bij de Centrale Bank toe. Het verkopen van vreemde-valutategoeden door de overheid aan de Centrale Bank heeft te maken met het feit dat haar belastinginkomsten niet toereikend zijn om haar lopende uitgaven te dekken. Zolang de overheid haar SRD-tegoeden bij de Centrale Bank niet opneemt, is er geen sprake van geldschepping en is de toename van de bankbiljetten in circulatie niet toe te schrijven aan de Staat”, benadrukt de CBvS.

“Wanneer de overheid haar SRD-tegoeden aanspreekt om betalingen te verrichten, wordt geld elektronisch overgemaakt door de Centrale Bank naar een rekening of naar rekeningen van derden bij de algemene banken. Tevens kan de overheid bij de Centrale Bank SRD in contanten opnemen om bijvoorbeeld AOV en AKB in het binnenland uit te betalen. De overheid is, evenals rekeninghouders bij de lokale banken, vrij om haar tegoeden bij de Centrale Bank op te nemen hetzij giraal of in contanten. Er vindt bij deze handelingen van de overheid geldschepping plaats, echter kan dit niet gecategoriseerd worden als monetaire financiering. De Centrale Bank heeft de overheid immers geen lening/krediet verstrekt. In het geval van opnamen van contante SRD door de overheid of uit hoofde van stortingen bij de lokale banken voor betalingen, kan het zo zijn dat de lokale banken de Centrale Bank benaderen voor contant geld. Hierdoor nemen de bankbiljetten in circulatie toe. Dit is precies wat zich in de afgelopen 4 tot 5 maanden heeft voltrokken”, zegt de CBvS. De Centrale Bank probeert via haar Open Markt Operaties (OMO’s) deze extra geldhoeveelheid, gecreëerd ten behoeve van de overheid, uit de circulatie te halen. “Het lukt de Centrale Bank niet altijd om dat extra geld uit de circulatie te halen, waardoor een deel blijft hangen in de economie. Deze uitdaging wordt ook onderkend door het IMF en gesprekken zijn gaande om het macro-economisch raamwerk, aan te passen. Ook vindt er een intensievere coördinatie plaats tussen het ministerie van Financiën en Planning en de Centrale Bank over het te voeren monetair beleid en fiscaal beleid.”

Weekstaat Centrale Bank

De Centrale Bank kan niet voldoende benadrukken, hoe belangrijk haar Weekstaat (balans) is voor de monitoring van de korte termijn monetaire ontwikkeling in de economie. Op de Weekstaat is vooral de financiële positie van de overheid te achterhalen, alsook de omvang van de internationale reserves van de Centrale Bank. Balansposten dienen niet geïsoleerd van elkaar te worden bekeken.

Zo dient de omvang van de bankbiljetten in omloop geplaatst te worden tegenover de internationale reserves. Hieruit valt te destilleren dat in anderhalf jaar tijd, het dekkingspercentage van de Bank sterk is verbeterd. Elk bankbiljet dat door de Centrale Bank is uitgegeven, is momenteel voor ±85 procent gedekt door de goud- en deviezenvoorraad en ligt daarmee boven de wettelijke norm van tenminste 50 procent. Desondanks is het vertrouwen in de SRD niet genoegzaam hersteld. De Centrale Bank onderkent dat eenmaal geschonden vertrouwen in geld, moeilijk te herstellen is. De Centrale Bank blijft zich beijveren om de SRD weer tot een volwaardige munteenheid te maken en het is niet uitgesloten, dat wij hiervoor een lange adem dienen te hebben.

More
articles