Olieprijs veert op

De olieprijs is vrijdag gestegen. Bij een settlement van 97,59 dollar werd een vat West Texas Intermediate bijna 2 procent duurder. Op weekbasis werd WTI echter meer dan 6 procent goedkoper. Die sterke daling suggereert dat een diepe recessie onvermijdelijk is, aldus investment manager Simon Wiersma van ING. Vrijdag volgden de oliemarkten echter het spoor van de aandelenmarkten, die positief reageerden op macro-data en uitspraken van de Fed-bestuurders, die erop hinten dat de rente deze maand met maximaal 75 basispunten wordt verhoogd en niet 100 basispunten zoals de markt even vreesde na de inflatiecijfers uit de VS die eerder deze week verschenen. De oliemarkten keken ook naar de ontmoeting van de Amerikaanse president Joe Biden en de Saoedische kroonprins Mohammed bin Salman. Biden zal naar verwachting Saoedi-Arabië opnieuw verzoeken om de olieproductie te verhogen. The New York Times meldde donderdag dat wordt gerekend op een productieverhoging van in totaal 1,25 miljoen vaten per dag door Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten. Marktvolgers zijn minder optimistisch.

Helima Croft van RBC denkt dat eventuele toevoegingen aan het olie-aanbod van Saoedi-Arabië of andere producenten in het Midden-Oosten “ver onder de 1,25 miljoen vaten per dag zullen blijven.” En een productieverhoging zal geleidelijk zijn, aldus de marktstrateeg. Volgens Croft zal elke verhoging waarschijnlijk binnen het kader van de OPEC+ afspraken vallen en mogelijk vooral compensatie blijken voor de landen die consequent hun productiedoelstellingen niet hebben gehaald – namelijk Nigeria en Angola, die een gecombineerde 930.000 vaten per dag onder hun quota zitten.

More
articles