Het Openbaar Ministerie (OM) heeft inzake het onderzoek van de procureur-generaal Roy Baidjnath Panday, een lijvig dossier versterkt aan De Nationale Assemblee (DNA), waarbij Michael Ashwin Adhin volgens juristen, zeker in staat van beschuldiging wordt gesteld. Het dossier bevat gedetailleerde informatie omtrent de verdenking van de gepleegde misdrijven door de ex-vicepresident, waardoor hij als verdachte wordt aanmerkt. Het rapport bevat tevens onderliggende bewijsstukken, waaronder chatberichten en voicenotes die vandaag in DNA in een huishoudelijke vergadering worden behandeld. Het OM heeft aan DNA toestemming gevraagd vervolging in te stellen tegen de ex-vicepresident. Adhin was op maandag 16 november opgehaald door de politie en in verzekering gesteld, maar de rechter-commissaris en in tweede instantie het Hof van Justitie, waren van oordeel dat de gevolgde procedure niet correct is verlopen. Naar verluidt moest er eerst een vordering ingesteld worden bij De Nationale Assemblee. Adhin werd na negen dagen voorarrest, op last van het Hof van Justitie vrijgelaten. Het OM kan pas de vervolging van Adhin instellen wanneer DNA daarvoor goedkeuring heeft gegeven.
Adhin werd aangehouden in het kader van het strafrechterlijk onderzoek naar verduisterde en vernielde media-apparatuur op het Kabinet van de Vicepresident. Drie personen die werkzaam waren op het Kabinet van de Vicepresident werden ook in hechtenis genomen, omdat zij zich schuldig zouden hebben gemaakt aan diefstal en vernieling. Naar verluidt hebben deze verdachten die werkzaam waren op het kabinet, verklaringen afgelegd waarbij nu het vermoeden is ontstaan dat media-apparatuur met een waarde van SRD 1.5 miljoen, is vernield in opdracht van de ex-vicepresident.