Nederland bereid visumvrij reizen over te brengen aan EU

‘Goede betrekkingen met Suriname bieden ruimte voor dialoog’

De Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken, Stef Blok, heeft mede namens de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, schriftelijk gereageerd op vragen van het Tweede Kamerlid Sjoerd Sjoerdsma  (D66) over de visumplicht tussen de Schengenzone en Suriname. “Goede betrekkingen met Suriname bieden ruimte voor een dialoog over visumvrij reizen. Visumliberalisatie is dan ook aan bod gekomen tijdens het gesprek dat ik heb gevoerd met de Surinaamse minister van Buitenlandse Zaken op 24 augustus jongstleden. Het is in de eerste plaats aan Suriname om opnieuw een verzoek tot onderzoek naar mogelijke visumliberalisatie in te dienen bij de Europese Commissie. Nederland is daarbij graag bereid de Surinaamse wens van EU-visumliberalisatie, nogmaals over te brengen aan de Europese Commissie”, stelt Blok in een schrijven aan de Tweede kamer.

Volgens Blok, is het invoeren of afschaffen van de visumplicht voor derde landen, een EU-competentie.

“Op grond hiervan heeft de Europese Commissie de exclusieve bevoegdheid om onderzoek te doen naar – en voorstellen te doen voor – afschaffing van de visumplicht. Op grond van de eerder genoemde Verordening (EU) 2018/1806 wordt daarbij per geval getoetst aan diverse criteria die onder meer verband houden met illegale immigratie, openbare orde en veiligheid, economische voordelen, de externe betrekkingen van de EU met het betrokken derde land, mensenrechten en fundamentele vrijheden”, aldus Blok.

Verder stelt de minister, dat Nederland voorstander is van een dergelijk onderzoek ten aanzien van Suriname. “Of sprake is van een vruchtbare bodem voor een visumdialoog, zal afhangen van de uitkomst van een dergelijk onderzoek. Om in aanmerking te komen voor visumliberalisatie zal Suriname in ieder geval de medewerking aan terug- en overname moeten verbeteren en biometrische paspoorten moeten invoeren. Het kabinet hecht er belang aan dat het Memorandum of Understanding (MoU) uit 2008 als basis dient voor een hernieuwde en effectieve terugkeersamenwerking”, benadrukt hij.

Blok stelt dat het in de eerste plaats aan Suriname ligt om opnieuw een verzoek tot onderzoek naar mogelijke visumliberalisatie in te dienen bij de Europese Commissie. Ook zegt de minister in zijn schrijven aan de Tweede Kamer, dat de Nederlandse regering de wens van Suriname meerdere malen heeft overgebracht aan de Europese Commissie en gaarne bereid is dit opnieuw te doen. Het is aan de Europese Commissie om te besluiten tot onderzoek over te gaan. “Het uiteindelijke standpunt van Nederland zal afhangen van het eventuele voorstel dat de Europese Commissie na onderzoek zal doen. Uit dit voorstel zal blijken welke stappen Suriname moet inzetten. Als Suriname besluit Nederland hiervoor om assistentie te vragen, is het kabinet bereid dit te onderzoeken. Hierbij valt te denken aan technische assistentie, bijvoorbeeld bij invoering van biometrische paspoorten”, aldus Blok.

More
articles