Hoefdraad licht CBvS op bij verkoop panden:

17 overheidsgebouwen ‘verkocht’ voor Euro 105 miljoen

De Nationale Assemblée heeft afgelopen donderdag een lijvig document ontvangen van de Procureur-generaal (pg) Roy Baidjnath Panday waarin de strafbare feiten van minister Gillmore Hoefdraad van Finacien zijn vastgelegd. In het document zijn de strafbare feiten uitvoerig aangegeven en toegelicht met onderliggende stukken. Door middel van handelingen vastgelegd in dit document wordt aangetoond dat ex-governor Robert van Trikt en Hoefdraad in strijd hebben gehandeld met artikel 18 en 21 van de Bankwet, alsook artikel 386 jo 67 en 423 van het wetboek van Strafrecht (oplichting/ambtsverduistering). Zoals aangegeven in de onderliggende stukken bij het document heeft de minister van Financien gebruik gemaakt van een constructie om zeventien (17) overheidspanden “te verkopen” aan de Centrale Bank van Suriname ( CBvS). Er zijn twee brieven van Hoefdraad gericht aan ex-governor Robert Van Trikt, waarin hij aangeeft, de desbetreffende overheidspanden “over te dragen” aan de CBvS voor een gedeeltelijke financiering of schuldverrekening.

Deze tekst is in strijd met de werkelijkheid, omdat Van Trikt de twee brieven aan de Hoefdraad praat over het “aankopen van de overheidspanden”.

Ten tweede heeft er nimmer een gedeeltelijke financiering of schuldverrekening plaatsgevonden, integendeel heeft Van Trikt aan Financiën uitbetaald met middelen van de CBvS, namelijk een totaalbedrag van Euro 105 miljoen. De minister van Financiën heeft in samenwerking met Van Trikt de volledige geschatte marktwaarde van de overheidspanden ontvangen en daardoor Van Trikt in strijd heeft laten handelen met artikel 18 en 21 van de Bankwet. Het gaat om de navolgende panden:

1.Ministerie van Financien (Tamarindelaan br. No3);

2.Ministerie van Financien (oud gebouw afdeling Thesaurie Inspectie- Mr.Dr.J.C. de Mirandastraat br.no. 17);

3.Ministerie van Financien (oud gebouw afdeling Economische aangelegenheden- Onafhanklijkheidsplein);

4.Ministerie van Justitie en Politie (oud KKF gebouw- Mr. Dr. J.C. Mirandastraat br.no.6);

5.Ministerie van Sociale Zaken en Volks-huisvesting (Waterkant br.no 30-32);

6.Ministerie van Regionale Ontwikkeling (Roseveltkade br.no.2);

7.Ministerie van Ruimtelijke Ordening, Grondbeheer en Bosbeheer (Cornelis Jongbawstraat  10-12);

8.Het gebouw van de Nationale Loterij aan de Keizerstraat;

9.Hoofdkantoor Ministerie van Financien- S.M. Jamaludinstraat 26;

10.Directoraat Financien – J.D. Gomper-straat 03;

11.Trainingscentrum Financien –Gongrijp-straat 51;

12.Parking Trainingscentrum Financien – Gongrijpstraat 36;

13.Directoraat Ontwikkelingdfinanciering – Henck A.E. Arronstraat 36;

14.Gebouw t.o. Belastingkantoor (Advi-suers MIN)- van Sommelsdijckstraat 34;

15.Belastingkantoor- van Sommelsdijck-straat 27;

16.Directoraat Belastingen (Oud- BDO Gebouw)- Kerkplein 12;

17.Het Nationaal Informatie Instituut (ABC- gebouw)- Mahonylaan 55.

Een aantal van de bovenstaande genoemde gebouwen staan op de UNESCO We-relderfgoedlijst. In het schrijven waarin de panden worden opgesomd, wordt aangegeven door Hoefdraad, dat deze panden een geschatte marktwaarde hebben van Euro 60 miljoen en Euro 45 miljoen. Uit onderzoek is gebleken, dat deze panden nimmer zijn getaxeerd. Met betrekking tot de panden die zijn genoemd in het tweede schrijven (d.d. 20 september 2019) van de minister van Financiën ontbreekt er een missive van de Raad van Ministers, alsook een resolutie van de President van de Republiek Suriname.

Uit onderzoek is voorts gebleken, dat deze panden genoemd in die tweede brief niet in eigendom aan de Staat toebehoren, maar staan op naam van de navolgende stichtingen en naamloze vennootschappen, namelijk SATURNUS; stg. KWATAKAMA; stg. REDI OEDOE; stg. WAWONA; stg. HERITAGE SURINAME 2011; LESCOMP N.V. en FORCE ONE SECURITY N.V.

De genoemde panden zijn nog niet overgedragen op naam van de CBvS, terwijl de betalingen reeds hebben plaatsgevonden aan de minister van Financiën ad Euro 105 miljoen. Middels deze handelingen hebben Van Trikt en met Hoefdraad in strijd gehandeld met artikel 18 en 21 van de Bankwet, alsook artikel 386 jo 67 en 423 van het wetboek van Strafrecht (oplichting/ambtsverduistering).

More
articles