André Misiekaba (NDP), voorzitter van de commissie van rapporteurs, zei gisteren tijdens de behandeling van de Wet Rekenkamer Suriname 2018, dat de verslagen van de Rekenkamer niet met de media besproken moeten worden. De Rekenkamer controleert onder andere de inkomsten en uitgaven van de staat, welke behoren tot ‘publiek geld’. Het Rekenkamerverslag 2018 is inmiddels uitgebracht en geplaatst op de website van de Rekenkamer en uitgebreid gepresenteerd aan de media.
Misiekaba vindt dat de verslagen van de Rekenkamer niet met de media, maar in een speciale vergadering besproken moeten worden. “De zaken die de Rekenkamer voor ons in het verslag plaatst, zijn zaken die met de regering besproken moeten worden, zaken die de samenleving moet weten. Op deze wijze kan ook de nodige druk gelegd worden op de regering om de verbeterpunten aan te brengen in politieke setting. De regering wordt exposed, dat zaken niet ordentelijk verlopen en dan kan de regering inderdaad onder die druk zaken invoeren”, aldus Misiekaba.
De verslagen die naar het parlement worden gestuurd, worden negentig dagen na indiening behandeld. Volgens Misiekaba is deze termijn te kort. Een ander aandachtspunt met betrekking tot de Wet Rekenkamer is, dat als ministeries niet meewerken aan de onderzoeken, er zware straffen worden opgelegd. Dat is volgens de commissievoorzitter vrij ‘’harsh’’. Misiekaba staat wel volledig achter deze toevoeging in de ontwerpwet van de initiatiefnemers Jennifer Geerlings-Simons, Oesman Wangsabesari en Jennifer Vreedzaam.
Echter dienen volgens hem heel wat zaken herzien te worden.
Riad Nurmohamed (VHP) vindt eveneens dat het noodzakelijk is dat zaken herzien worden. Hij heeft ook een aantal vragen bij deze wet, namelijk hoe de toetsing rechtmatigheid en doelmatigheid plaatsvindt, wat de status zal worden van het jaarlijkse financieel verslag van Financiën en wat de status zal worden van de cijfers die het Bureau van de Staatsschuld publiceert. ‘’Het draait om de correctheid van de cijfers en het is daarom van belang dat de juiste finale cijfers uitgegeven worden’’, zei hij.
Een ander zorgpunt is volgens Nurmohamed dat er geen kwalitatief en kwantitatief onderzoek en controle is. Het is vaak een probleem dat gelden niet besteed worden of dat de bestelbon niet correct is. Ook komt het voor dat middelen niet besteed worden op basis van populisme of gebrek aan inzicht. Men besteedt gelden aan een project zonder na te gaan of het duurzaam is en vraagt wat de Rekenkamer hieraan kan doen. Een derde zorgpunt is of mensen die zich schuldig maken aan incomplete informatie, strafbaar bezig zijn. Dit moet goed geregeld worden, omdat het transparant moet zijn. Het orgaan moet op de hoogte hiervan zijn. ‘’Soms is er een situatie waarbij de instellingen die een raad of directeur hebben, er een puinhoop van maken, de directeur gaat weg en laat het over voor de volgende. Je maakt soms mee dat een doelmatigheid die krom is, recht wordt gemaakt en je maakt soms ook mee dat rechtmatigheid die krom is, recht wordt gemaakt. Dat is de politieke realiteit”, aldus Nurmohamed.

door Kimberley Fräser