De zes Chinese hektrawlers die zich sinds november 2018 voor de kunst van Suriname bevinden, zijn tot op he-den niet vertrokken. De schepen be-vinden zich al langer dan vijf maanden voor onze kunst. Dit werd gisteren tijden de begrotingsbehandeling in het parlement aangehaald door NDP-parlementariër Rajiv Ramsahai. Hij stelde dat onze wateren niet langer worden geteisterd door zeepiraten, maar door zes grote fabrieksschepen.
Ramsahai vroeg aan de minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij, Lekhram Soerdjan, uitleg over deze kwestie. De parlementariër is van mening dat de boten niets meer in Suriname hebben te zoeken, gezien het feit dat ze niet over een geldige vergunning beschikken.
Minister Soerdjan gaf op 7 maart in het parlement aan dat de schepen niet in aanmerking komen voor een vergunning, omdat ze niet voldoen aan de Surinaamse wetgeving. De minister heeft toen beloofd, dat hij samen met de bevoegde autoriteiten zal nagaan hoe deze vaartuigen verwijderd kunnen worden uit de Surinaamse wateren. Over de vaartuigen in onze wateren met een vermogen van 2000 PK die wel over een geldige vergunning beschikken, maakt Ramsahai zich ook zorgen, omdat volgens de Suri-naamse wet slechts tot 500 PK toegestaan is.
Ramsahai zei over informatie te beschikken over vissersvaartuigen die een vergunning hebben, maar een vermogen hebben van 2000 PK. Hij is van mening dat de minister een onderzoek hiernaar moet instellen en de resultaten hiervan in het parlement moet presenteren. Ramsahai stelde ook dat er een lijst met alle trawlervergunningen gestuurd moet worden naar het parlement.