De staat heeft tot nu toe ruim SRD 52 miljoen ontvangen aan Rij- en Voertuigenbelasting (RVB). Dit bedrag zal worden besteed aan de Wegenautoriteit. Dit zegt het ministerie van Financiën in een persbericht. In de wet is opgenomen dat minstens 10 procent van de opbrengst zal worden besteed aan de Wegenautoriteit. Na de eerste regeringsevaluatie is volgens het ministerie besloten om de wet materieel uit te voeren en alle opbrengsten te besteden aan de districten en de Wegenautoriteit, zodat hoognodige infrastructurele werken kunnen worden uitgevoerd. De Nationale Assemblee heeft in de maand augustus 2018 het besluit genomen dat per 1 januari 2019 rij- en voertuigenbelasting zal worden geheven van rij- en voertuigen die zich op de openbare weg bevinden. Vanwege de signalen uit de samenleving heeft de regering toen gemeend om de betalingsperiode te verruimen tot en met 28 februari 2019. Bij de uitvoering van de controle is de instructie gegeven om sancties voorlopig achterwege te laten, doch een dringend beroep te doen op burgerzin voor het nakomen van de betalingsverplichting. Verscherping van de controle zal na aanpassing van de strafbepalingen in de wet, in de tweede helft van het jaar plaatsvinden. Maatschappelijke groepen hebben het ministerie van Financiën erop gewezen, dat er in de wet zaken zijn opgenomen die kritischer tegen het licht dienen te worden bekeken. Zo zou er sprake kunnen zijn van een dubbele belasting van voertuigen met aanhangwagens. Verder zullen de strafbepalingen na consultatie met de procureur-generaal worden aangescherpt. Het ministerie van Financiën zal dit jaar nog voorstellen doen om bepaalde wijzigingen aan te brengen, waardoor de wet naadloos kan aansluiten bij de maatschappelijke behoeften. Aan de districtscommissarissen zal worden gevraagd om samen met de structuren in het district een meldpunt op te zetten. De burger kan bij dit meldpunt terecht, onder andere om hulpvragen over de infrastructuur in zijn respectievelijke woonomgeving te deponeren. Gaandeweg het traject zal een website worden gebouwd, waarbij transparant inzicht zal worden verstrekt over hoe de ontvangen middelen worden besteed.