ER MOESTEN EERST DODEN VALLEN

Een schreeuwende kop in een lokaal dagblad: Militairen schieten rovers neer te Mama Dyuka. In het artikel wordt melding gemaakt van het feit dat militairen die een ondernemer bewaakten, op een gegeven moment het vuur openden op rovers die de laatstgenoemde probeerden te beroven. Maandag en dinsdag werden er in totaal twee lijken door de politie met schotwonden in het gebied aangetroffen. Een lijk van een derde slachtoffer zou te Gran Santi zijn gevonden. Met betrekking tot het laatste slachtoffer wordt een onderzoek ingesteld. Het zou dus om drie personen gaan die een ondernemer wilden beroven, maar die door de bewakers (lees: militairen) onder vuur werden genomen met het noodlottige gevolg. De vraag die meteen rijst, is hoe het komt dat dienstdoende militairen zich binnen een goudconcessie bevinden en aldaar belast zijn met de bewaking van een ondernemer die vermoedelijk als concessionaris of exploitant van een goudconcessie kan worden gezien. Naar verluidt zou de concessie aan Brunswijk toebehoren en de ondernemer ene M. zijn. Dat militairen met wapens van staat worden ingezet om bepaalde particulieren of concessies in het achterland tegen betaling te bewaken, is geen geheim. Al tijden is er niet slechts door de media, maar ook door militairen op gewezen, dat militairen met medeweten en soms ook in opdracht van een bepaalde officier worden ingezet ter bewaking van tal van objecten in Paramaribo en daarbuiten. Voor deze bewakingsdoeleinden wordt grof betaald en vaak is het nog ook zo dat de militairen die vooral in het binnenland hun leven op het spel zetten, maar een fractie van het geld dat betaald wordt aan de officier(en), in handen krijgen. De wapens van het Nationaal Leger die grondwettelijk bestemd zijn voor de verdediging van onze nationale soevereiniteit en territoriale integriteit, worden al vanaf 2011 misbruikt voor totaal militair vreemde doeleinden. Nu zijn er bij deze zogenaamde bewakingsdoeleinden van goudconcessionarissen, doden gevallen. We moeten uitkijken dat er niet wederom vijandelijkheden in het achterland ontstaan door deze schietincidenten waarbij mensen het leven hebben gelaten. Het wordt ook de hoogste tijd dat er een eind wordt gebracht aan de situatie in het Nationaal Leger waarbij er sprake is van een legertje onder bevel van een bepaalde majoor en zijn superieuren  aan de Henck Arronstraat en de Kleine Combéweg, dat in de gelegenheid wordt gesteld door leger vreemde activiteiten grove nyans te maken en de rest van de grootste gewapende macht het nakijken heeft en al jaren aan grove verwaarlozing bloot staat.

More
articles