Terwijl de inheemsen vechten voor de erkenning van hun grondenrechten, worden grote lappen grond uitgegeven. De Vereniging van Inheemse Dorpshoofden in Suriname (VIDS), sprak gisteren tijdens een persconferentie over diverse zaken die het bestaan van de inheemsen dorpen, zoals het à la dol uitgeven van gronden, terwijl het Kaliña en Lokono vonnis van het Inter-Amerikaanse Hof voor de Rechten van de Mens nog niet eens is uitgevoerd.
Kapitein Jeane Kabenda vindt dat politieke inmenging binnen inheemse dorpen, een ongezonde situatie creëert en is hierover zeer ontstemd. ”Er ontstaat chaos in de dorpen en het brengt alleen maar verwaring.” Kabenda zegt dat de overheid de belangen van de inheemsen dient te behartigen binnen de dorpen.
Ook dient de overheid ons land te respecteren en te waarderen, maar dat is volgens het dorpshoofd zoek. Vids-voorzitter Theo Jubitana, geeft aan dat het vonnis nog niet eens is uitgevoerd en toch worden er grote stukken grond uitgegeven die binnen het inheemse gebied vallen. Hij gelooft dat dit de reden is waarom het zolang duurt om de grondenrechten van de inheemsen te erkennen.
Volgens Jubitana betekent erkenning niet dat niemand meer welkom zal zijn in het gebied, integendeel. Het betekent wel dat wanneer de overheid en bedrijven activiteiten in het gebied willen ontplooien, dit in samenspraak moet geschieden met de inheemsen. De Vids is teleurgesteld dat sommige inheemse dorpshoofden, onder anderen kapitein Lesley Artist van het dorp Redi Doti, zich hebben teruggetrokken uit de Vids. Jubitana zegt dat als dorpshoofden gekozen worden, die automatisch behoren tot het traditioneel gezag. “We zijn het traditioneel gezag en geen gewone ledenvereniging. Dat betekent dat je ook niet zomaar op een dag het besluit neemt om op te stappen.” De vereniging gelooft dat het uittreden uit de Vids ook bedoeld is om de uitvoering van het Kaliña en Lokono vonnis te vertragen.
-door Kimberley Fräser-