Suriname kan baat hebben bij een eigen palmolie-industrie, maar tot op heden blijft een beschikking voor het opzetten van een dergelijke industrie uit. Indien deze gegeven wordt aan het Indiase palmoliebedrijf Foods Fats & Fertilizers Ltd, kan er een start worden gemaakt met de productie van palmolie. “De politici hebben de palmolie deal tegengewerkt”, zegt Stanley Raghoebarsing, ex-minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij tijdens de Nieuw Front regering, desgevraagd. Raghoebarsing geeft aan dat er destijds binnen de coalitie weinig overeenstemming was tussen het bedrijf en de regering. “Er werden afspraken gemaakt en uiteindelijk werkten velen passief mee. Ook de grondzaken kwam niet rond met het ministerie van Ruimtelijke ordening, Grond- en Bosbeheer.”
Het ministerie had afspraken gemaakt met het bedrijf om gronden in te delen. Dit om te voorkomen dat het bedrijf tot ontbossing over zou gaan, maar uiteindelijk geen bedrijf zou opzetten. “Zij moesten laten zien dat de eerste kavel in productie kon gaan.”
Raghoebarsing zegt verder dat er toch heel wat zaken niet in orde waren. Het Indiase bedrijf wilde niet graag een joint venture aangaan met de overheid, maar alleen werken. Dit viel bij een deel van de regering niet in goede aard. De overeenkomst werd getekend, maar toen de dag aanbrak dat de concessies uitgegeven zouden worden, ging het mis. Een ander probleem was dat de gemeenschappen in Oost-Suriname ook geld eisten van het bedrijf.
Raghoebarsing is nog steeds voorstander van de palmolie-industrie. “Als ze tien jaar terug waren gestart, was de palmolie reeds vijf jaar in productie. Het zou ook goed zijn voor de export.” De ex-minister spreekt de hoop uit dat het bedrijf en de huidige regering beter met elkaar afstemmen zodat deze deal uiteindelijk wordt afgerond. Hij is van mening dat deze overeenkomst in het belang is van ons land. Ondertus-sen heeft vicepresident Ashwin Adhin aangegeven dat de nieuwe raamovereenkomst klaar ligt voor de opzet van een palmolie-industrie ter waarde van US -dollar 250 miljoen. Adhin had aangegeven dat de beschikking niet werd uitgegeven, omdat de belangen van ons land niet voldoende werden gewaarborgd.
-door Kimberley Fräser-