In de afgelopen weken hebben we na de beslaglegging door de Nederlandse douane van 19,5 miljoen euro in baar geld, verzonden door de Centrale Bank van Suriname namens drie valutabanken in ons land, een daling van de wisselkoers van de SRD ten opzichte van de euro waargenomen. Ineens werd voor een euro, de munteenheid die wettig betaalmiddel is binnen de landen van de Europese Unie (EU) en een hogere wisselwaarde heeft dan de Amerikaanse dollar op onze lokale geldmarkt, minder betaald. Plotsklaps wilde men voor de euro niet aanmerkelijk meer betalen voor één euro dan voor de dollar. De wisselkoers kwam dan ook in de buurt van de 7.50,- SRD voor de euro of iets hoger te liggen. Dat de koers van de euro aan opkoopwaarde in een keer aanmerkelijk lager is komen te liggen, heeft niets met een internationale daling van deze zeer sterke munteenheid te maken, maar gewoon met het mechanisme van vraag en aanbod. Opkopers van de euro zijn voor een korte tijd kopschuw geworden om de euro aan te schaffen, omdat ze er niet zeker zijn, dat met de bemachtigde euro op zeer korte termijn er risicoloos zaken met landen in de EU en vooral met Nederland kan worden gedaan. Er zijn ook ernstige problemen met het betalen in bijvoorbeeld Nederland met briefjes van 500 en 200 euro, terwijl deze coupures nog steeds een wettig betaalmiddel zijn binnen de Europese Unie. Door de daling van de wisselkoers voor de euro in Suriname, hebben velen gevoeglijk aangenomen dat onmiddellijk het prijspeil dat geldt voor goederen uit de EU, een daling zou ondergaan. Daar is tot nog toe niets van te merken. De consument dient te begrijpen, dat de groot- en kleinhandel al geruime tijd zitten met goederen die voor hogere koersen zijn ingekocht en die spullen nog steeds niet hebben kunnen afzetten. Deze duur ingekochte goederen kunnen onmogelijk verkocht worden voor wisselkoersen voor de euro die momenteel lager zijn komen uit te vallen. En aangezien elke handelaar weet dat de euro maar tijdelijk een daling heeft ondergaan op de lokale markt, zal hij niet geneigd zijn tot prijsverlaging. Zou hij dat wel doen, dan is zwaar verlies zeker niet uitgesloten, dat geldt ook voor anderen die tegenwoordig nog meer verlies lijden dan al enige tijd het geval is door de zwaar vernietigde koopkracht in dit land. Er zal naar onze mening pas sprake zijn van stabiele en niet meer stijgende prijzen in de winkels als de Centrale Bank van Suriname wederom beschikt over een solide monetaire reserve en de moederbank wederom in staat zal zijn op de valutamarkt te interveniëren. Zolang de huidige onzekere en onoverzichtelijke situatie in het deviezenverkeer heerst, zal er geen sprake kunnen zijn van prijsstabilisatie.
*****
Als volwaardig lid van de Verenigde Naties sinds 25 november 1975 wordt van ons verwacht dat wij eveneens internationale verdragen tekenen en daarna ratificeren. Zo moeten wij ook ertoe overgaan het zogeheten Akkoord van Parijs in onze assemblee te ratificeren. Het akkoord van Parijs houdt onder meer in, dat alle landen die met instemming hebben gereageerd op deze overeenkomst, zich dienen in te spannen de temperatuur naar 2 graden Celsius boven de zogeheten pre-industrialisatieperiode terug te brengen naar `1.5 graden. Maar zijn we in dit land wel in staat ons aan de grondbeginselen van dit akkoord, overeengekomen in de Franse hoofdstad, te houden? Indien wij tot ratificatie van een dergelijk verdrag overgaan, wordt wel van ons verwacht dat wij ook tot uitvoering c.q. naleving van het akkoord zullen en kunnen overgaan. Ratificeren en uitvoeren zijn namelijk twee totaal verschillende zaken. We zullen hard moeten werken om ons milieu te beschermen tegen grote en verdere vernietiging en daar schieten we tot op heden behoorlijk in tekort. Als we alleen maar kijken naar de desastreuze effecten van de zogeheten ‘kleinschalige’ goudwinning in het achterland en de houtkap, zo niet kaalkap, die thans op ongecontroleerde en ongelimiteerde wijze in het binnenland plaatsvindt, dan moeten we ons eigenlijk diep schamen. Als wij op een dergelijke rigoureuze wijze blijven doorgaan, kunnen we ons over enige tijd zeker niet meer beroepen, het meest beboste land ter wereld te zijn. We hebben in het recente verleden al de opmerkelijke milieurampen moeten meemaken en wel in de vorm van grootschalige overstromingen in het binnenland. Tekens dat er ook bij ons sprake is van ernstige klimatologische verstoringen en daar was het Akkoord van Parijs juist voor en is het heel jammer, dat een zeer belangrijke speler niet van plan is het akkoord te ratificeren, laat staan na te leven. Maar al zouden wij overgaan tot ratificering van het Akkoord van Parijs, wil dat bij lange niet zeggen dat wij op korte termijn in staat zullen zijn om het akkoord op een juiste wijze binnen onze grenzen toe te passen. Ook moet daartoe natuurlijk de politieke wil aanwezig zijn en het overheersende belang van bepaalde mensen in deze samenleving terzijde worden geschoven.
****
We worden er eigenlijk moe van te hameren op het feit, dat het een wildwest in het binnenland is en dat de overheid niet bij machte is de veiligheid van de burger te garanderen. Gewapende rovers in het oosten van het land, in Brokopondo, Para en Sipaliwini, maken het voor een ieder zeer gevaarlijk en onveilig. De gewapende machten komen veelal pas in beweging als het kwaad al geschied is en gewonden en doden te betreuren zijn. Een lokale krant kopt: ‘Vertrek politie uit Antonio de Brinco aangehouden’. Hebben we nu ook vestigingen aan de Lawa met Braziliaanse namen? Een nederzetting die niet eens op onze landkaart vermeld staat, maar wel als vestiging van mensen met een vreemde nationaliteit door onze autoriteiten wordt gedoogd. Zotter kan het eigenlijk niet en het benadrukt dat de regering Bouterse II, eigenlijk al geruime tijd haar gezag aldaar niet meer kan doen gelden. Criminelen en ander gespuis hebben daar de overhand en kunnen doen en laten wat ze willen. Maar er is geen geld voor detachementen en voor een goede gezagsuitoefening in het gebied. Waarvoor hebben we eigenlijk nog een Nationaal Leger en Korps Politie Suriname? Zijn we nog in staat onze nationale soevereiniteit en territoriale integriteit te beschermen? Of hebben we toch al het grondgebied van Suriname toevertrouwd aan een ieder die maar de behoefte gevoeld om er te komen plunderen en roven?