“Mevrouw Simons heeft wederom haar dictatoriaal gedrag getoond. Ze heeft bewezen dat ze het reglement van orde niet op een correcte manier kan toepassen. Ze heeft wederom haar onvermogen om de vergadering te leiden, getoond.” Zo reageert VHP-parlementariër Mahinder Jogi, op het feit dat hij gisteren door parlementsvoorzitter Jennifer Geerlings –Simons uit de vergaderzaal is verwijderd.
Assembleevoorzitter Jennifer Geerlings-Simons riep de volksvertegenwoordiger tot orde, nadat hij bleef praten, terwijl Celsius Waterberg aan het woord was. Jogi wilde ingaan op zaken die NDP-fractieleider André Misiekaba en waarnemend fractieleider Amzad Abdoel, hadden gezegd en vroeg om een ‘persoonlijk feit’. Op den duur werd Waterberg onverstaanbaar, Geerlings-Simons vroeg Jogi, die bleef praten, de zaal te verlaten. Hierbij riep zij de assistentie van de politie in.
“Ik heb recht op een persoonlijk feit en dat moet aan mij gegeven worden, dat was de discussie gisteren. Abdoel en Misiekaba hebben de ruimte gehad mij te beledigen. Nu ik hen van repliek wil dienen, mag dat niet. Simons maakt misbruik van haar macht”, zegt Jogi. Hij is van mening dat de coalitie, met name Misiekaba en Abdoel, aan stemmingmakerij deed. “Toen de voormalige minister van Landbouw, Veeteelt en Visserij onder vuur werd genomen, had dezelfde coalitie de minister verdedigd. Wanneer de oppositie een motie van veiligheid indient, wordt die weggestemd onder de noemer dat de oppositie stemming wil maken”, haalt Jogi aan.
Volgens de parlementariër kon de calamiteit op zee voorkomen worden als de oppositie serieus was genomen. “We hebben boten en manschappen, maar er wordt geen controle uitgevoerd, omdat de overheid andere prioriteiten heeft. Abdoel had geciteerd uit de jaarrede van de president, maar stond daarna blind aan de kant van de overheid. Hij moest kritisch zijn en aangeven dat de president iets beloofd had en het waar moest maken”, stelt Jogi.
Voorts zegt Jogi dat hij niet door de zaal heeft gegild. Hij geeft aan dat de voorzitter buiten de microfoon met hem sprak en hij daarop antwoordde: “Ik bleef onderbouwen waarom het woord aan mij gegeven moest worden. Het reglement van orde geldt voor alle parlementariërs. Simons moet voorkomen dat zij haar macht misbruikt. Zij kon tenminste vragen dat ik mijn persoonlijk feit onderbouw, indien zij op basis van haar bevindingen vond dat ik dat niet moest krijgen. Dan was dat het, maar dat heeft zij niet eens gedaan.”
Volgens Geerlings-Simons heeft zij Jogi al anderhalf jaar kansen gegeven en hem aangesproken. Jogi zegt hierop het volgende: “Dat betekent dat de voorzitter al anderhalf jaar de vergadering niet goed leidt. Ze moet zichzelf gaan evalueren en geen verwijt aan mijn adres maken. Zij heeft het voorrecht om het woord te geven. Ik ben slechts een parlementariër die het woord kan vragen. De problemen worden veroorzaakt door de wijze waarop ze leiding geeft. Misschien moet ze proberen om onpartijdig te zijn.”

-door Priscilla Kia-