Volgens de bestuurskundige August Boldewijn, is de president niet beledigd door de VHP-parlementariër Asiskumar Gajadien. Dit zegt Boldewijn naar aanleiding van het abrupt verlaten van het parlement door de president na uitlatingen van Gajadien. De parlementariër zou eergisteren tijdens de interrupties in De Nationale Assemblee, gezegd hebben dat de president zich aan de regels moet houden. “If yu no man, libi a sturu dan ye gwe”, zei Gajadien.
Boldewijn merkt op dat er tegenwoordig veel Sranantongo wordt gesproken in het parlement, dat zorgt er volgens hem voor dat zaken anders worden ervaren dan ze bedoeld zijn. Hoewel Boldewijn niet weet of de president het parlement heeft verlaten naar aanleiding van de uitspraken van Gajadien, zegt hij dat de president niet is beledigd door de parlementariër. Volgens Gajadien betekent de uitspraak van Gajadien hetzelfde als: ‘als u dat werk niet kunt doen, laat de stoel dan voor een andere persoon’.
“Dat is geen belediging. Een belediging zou het pas zijn als de president zou worden uitgemaakt voor iets dat hij niet kan zijn. Of beschuldigd zou worden van iets wat hij niet heeft gedaan”, stelt Boldewijn.
Echter zegt de bestuurskundige dat een ieder een bepaalde waarde aan zichzelf toekent. De president is niet allen staatshoofd, maar ook hoofd van een partij. Het is volgens hem mogelijk dat de president van mening is dat zijn eergevoel is geschonden vanwege de wijze waarop Gajadien zich heeft uitgelaten, maar hij zegt dat de uitlating van Gajadien op zich geen belediging is. Mocht dat zo zijn, dan zou parlementsvoorzitter Jennifer Geerlings-Simons stappen tegen hem hebben ondernomen, meent Boldewijn.
Over de wijze waarop de president het parlement heeft verlaten, zegt Boldewijn dat hij het protocol heeft geschonden. Er is altijd een commissie van in- en uitgeleide wanneer de president het parlement binnenkomt en verlaat. “De president is zonder commissie van uitgeleide vertrokken en dat past niet. “Volgens Boldewijn zullen mensen in het buitenland zich afvragen of Suriname wel weet hoe het hoort.
Nadat de president de vergadering had verlaten, volgden de ministers hem. Boldewijn zegt dat het geen gebruik is dat ministers achter de president aanlopen. Echter geeft hij aan dat de ministers de secretarissen van de president zijn en hem verantwoording schuldig zijn. “Op afspraak is het mogelijk dat zij samen het parlement verlaten, maar dat is geen gebruik. De ministers waren immers daar om vragen van het parlement te beantwoorden”, aldus Boldewijn.
-door Priscilla Kia-