De herdenkingsdienst van de 8 decembermoorden van 1982, is gisteren in de Kathedrale Basiliek van Sint Petrus en Paulus gehouden. Pater Toon ter Dorsthorst, haalde tijdens zijn toespraak aan, dat Suriname reeds 35 jaar worstelt met deze grote aanslag, waarbij 15 prominente Surinaamse mannen op zeer brute wijze om het leven zijn gebracht op 8 december 1982. Dit gebeuren heeft volgens hem Suriname in het diepst van zijn ziel geraakt. “Vijfendertig jaar worstelen we met waarheid, misleiding en leugen”, zei hij in zijn toespraak. Hij geeft aan dat het een lange weg is geweest, maar hij meent dat we de Heer mogen danken dat we nog moedige rechters hebben in Suriname. “Daarom mogen we geloven dat waarheid en recht zullen zegevieren”, benadrukte pater Toon ter Dorst-horst. Voorts haalde hij aan dat 35 jaar voorbij is gegaan en nog steeds is er geen recht geschied en geen waarheid helder vastgesteld. De brute kracht en de sluwheid van het kwaad lijken soms onoverwinnelijk. Machthebbers denken dat ze kunnen maken en breken, zonder aan God of samenleving verantwoording te hoeven afleggen. De pater stelde dat alleen leugens en verdachtmakingen zijn overgebleven van deze sluwe daad, zogenaamd zijn de slachtoffers op de vlucht doodgeschoten na een mislukte couppoging waarvoor nooit een enkel bewijs is geleverd.
Namens de nabestaanden sprak Arthur Baboeram, broer van John Baboeram, de nabestaanden en andere sympathisanten toe. Hij haalde het leed aan dat gepaard is gegaan met deze laffe daad, niet alleen voor familie, maar ook voor vrienden. Hij haalde ook aan dat er mensen zijn bij wie de waarheidsvinding niet hoog in het vaandel staat. Door deze leugens wordt volgens Arthur Baboe-ram niet alleen de reputatie van zijn broer verpest, maar ook van de andere veertien slachtoffers. “De afgelopen weken zijn er diverse forse uitspraken gedaan door mijn broertje René, u kent hem als Sandew Hira of Dew Baboeram. Met zijn uitspraken doet hij niet alleen ons veel pijn, maar erger nog verdoezelt hij de nagedachtenis van onze ouders”, aldus Arthur Baboeram. Hij gaf aan niet op de uitspraken van zijn broertje in te gaan, dat vond hij niet nodig. Maar hij stelde wel dat, de uitspraak van René dat zijn broer die slachtoffer is van de decembermoorden, bezig was met een coup, niet op waarheid berust. Arthur zegt dat dit een leugen is en dat weet René ook. Arthur gaf aan dat John een gerespecteerde advocaat was die zich inzette voor mensenrechten, zijn enige wapen waren zijn scherpe pleidooien waarmee hij de onwettigheid van het regiem aan de kaak stelde. “Mijn zus, al mijn broers en ik, hebben op 22 november een persbericht uitgestuurd waarin we in kort verwoord hebben hoe we ons voelen. Wij staan als gezin heel sterk en steken vanaf nu onze energie liever in mensen bij wie waarheidsvinding wel hoog in het vaandel staat, zij zijn de toekomst van Suriname”, verklaarde hij. Hij sloot af met een opmerking van zijn broer John: “Uiteindelijk zal ook René op enig moment voor onze ouders en onze oudste broer staan en zal hij de waarheid aan hen moeten vertellen, dat wordt pas het moment van de echte waarheid”, aldus Arthur Baboeram.
door Richelle Mac-Nack