Ondernemers die met het transport van boomstammen uit het binnenland belast zijn en daarmee hun brood verdienen, zitten momenteel met de handen in het haar sinds de minister van Openbare Werken, Transport en Communicatie (OWT&C), beslist heeft, dat er niet langer ongelimiteerd en wel met te zware aslasten mag worden gereden over ontsluitingswegen en bruggen in het binnenland en over secundaire en primaire wegen. Na het in tweeën breken van de Baileybrug over de Falawatrakreek door een veel te zwaar beladen houtoplegger in West-Suriname, heeft de overheid, in deze het ministerie van OWT & C, besloten hard op te treden tegen houttransporteurs. De trucks worden nu heel zwaar gecontroleerd op het totale gewicht (inclusief houtblokken) en bij constatering van overgewicht, mag er niet gereden worden. Het gevolg van deze maatregel is, dat de concessionarissen het hout langs de weg laten liggen nabij de plek waar de bomen zijn omgezaagd. Aan de houtzagerijen wordt gemeld dat ze het hout maar zelf moeten komen ophalen.
Dit heeft tot gevolg dat de omgezaagde bomen ter plekke blijven liggen, want ook de eigenaars van de houtzagerijen voelen er niet voor de boomstammen te laten ophalen, gezien de hoge kosten die daarmede gepaard gaan. Een concessionaris die ook hout liet verrijden uit het achterland, verklaarde tegenover ons, dat een truck of oplegger met slechts drie tot vier boomstammen beladen, twee tot drie keer af en aan zal moeten rijden uit het achterland om nog rendabel te kunnen werken, gezien de zeer hoge brandstof en overige kosten aan het voertuig, vandaar dat de concessionaris het hout in het achterland langs de ontsluitingsweg laat liggen. Een nieuw fenomeen is, dat de Chinese houthandelaar het hout wel laat ophalen, omdat hij met zijn buitenlandse valutaopbrengsten en de daaraan verbonden winstmarge meer dan genoeg verdient om nog geruime tijd hier door te gaan binnen de houtsector. De lokale markt heeft daarbij natuurlijk het nakijken, want een houtzagerij die extra kosten moet maken om het hout in het binnenland langs een ontsluitingsweg op te halen, zal de extra kosten doorberekenen aan de consument. Dus, zo stelt een concessionaris, zijn we onszelf in de vingers aan het snijden en de Chinese houthandelaar lacht in zijn vuistje, omdat hout dat voor de binnenlandse markt beschikbaar zou kunnen zijn, voor onze neus wordt weggekocht en voor export gereed gemaakt. Tot voor het incident bij Falawatra, transporteerden de houttrucks gemiddeld 20 tot 25 kubieke meter hout per rit. Thans moet men het doen met slechts 10 kubieke meter hout, hetgeen het product voor de lokale markt onbetaalbaar maakt, aldus een concessionaris tegenover ons.
GEBRUIK ONTSLUTINGSWEGEN ONVERMIJDELIJK
Uit kringen van de houtsector vernemen wij, dat het steeds maar hameren op transport over water, op veel plaatsen in het binnenland niet of nauwelijks mogelijk is en uiteindelijk de prijzen voor houtproducten alleen maar hoger zal maken. De meeste plaatsen waar er tegenwoordig bomen worden omgezaagd, bevinden zich op grote afstand van een rivieroever waar eventueel pontons gereed zouden kunnen liggen voor vervoer over water. De overheid houdt bijvoorbeeld, geen rekening met stroomversnellingen in rivieren waardoor het houttransport niet mogelijk is. Boven Atjoni bijvoorbeeld krijgt men te maken met de Apresina Soela en die kan je niet passeren, dus hier is alvast watertransport onmogelijk. Kom je uiteindelijk met je lading boomstammen, dan moet het hout overgeheveld worden op een ponton om dan richting Paramaribo vervoerd te worden. Volgens een concessionaris, heeft men in het Coppenamegebied een ander obstakel wil men gebruik maken van transport over water. Er is een stroomversnelling bij Tjaka Tjakaston en dus zou men een ontsluitingsweg moeten maken voorbij deze soela om van watertranport te kunnen genieten. Het aanleggen van een dergelijke ontsluitingsweg, kost volgens de ingewijde binnen de houtsector handenvol geld waar niemand binnen deze sector thans aan zou willen beginnen. Benadrukt dient ook volgens lieden uit de houtsector, dat er veel meer en voortdurend aandacht dient te worden besteed aan het onderhoud van ontsluitingswegen, want de grootste schade aan deze wegen wordt in de droge tijd veroorzaakt en de echte vernieling van de wegen wordt pas goed zichtbaar in de regentijd. Wat de houttransporteurs steekt, is het feit dat bepaalde truckhouders die met enorme aslasten over de wegen rijden, gewoon niet gestopt worden voor controle. Zware trucks met wel tien wielen of meer, zwaar beladen met grind en zand, mogen wel rijden en de houttrucks niet. Houtvracht heeft het grote nadeel volgens een concessionaris, dat het zichtbare vracht betreft, maar dat is niet het geval bij ander materiaal en daarom pakken ze de houtsector en andere sectoren niet.