Vorige week donderdag zei DOE-parlementariër Carl Breeveld, dat erop diverse locaties in het binnenland geen brandstof geleverd is. We zijn inmiddels enkele dagen verder en er is nog steeds geen brandstof geleverd aan bepaalde dorpen in het binnenland. Abop-parlementariër Dinotha Vorswijk, bevestigt dit en geeft aan dat het probleem van de brandstoflevering al jaren speelt.
De problematische brandstoflevering geldt voor zowel het Boven-Suriname- als het Marowijnegebied, waar een groot aantal scholen gevestigd is. Vorswijk geeft aan dat de situatie sinds 2015 verergerd is. “Het is in de begroting opgenomen dat er maandelijks brandstof wordt geleverd aan de dorpen, maar de brandstoflevering gebeurt op kwartaalbasis”, zegt Vorswijk. Zij geeft aan, dat vanaf de crisis, de dorpen per kwartaal één of twee keer brandstof geleverd krijgen en vervolgens in het donker moeten wachten tot er weer geleverd wordt. Abop-parlementariër Marinus Bee, bevestigt dat er sprake is van een brandstofprobleem in het Marowijnegebied. Hij zegt dat deze kwestie vlak na de verkiezingen onder de aandacht van de overheid werd gebracht.
“Vorig jaar heeft de overheid het zelfs gepresteerd om de mensen in december in het donker te laten”, zegt Bee.
Volgens Vorswijk ligt het niet altijd aan een brandstoftekort, dat dorpen in het donker zitten. “Soms zijn de generatoren kapot en moeten zij heel erg lang wachten voordat er iemand vanuit Paramaribo komt om de machines na te kijken”, vertelt de parlementariër.
Intussen is de school ook al begonnen. Vorswijk geeft aan dat het gebrek aan brandstof wel degelijk invloed kan hebben op het onderwijs. Leerkrachten geven volgens haar alles op in Paramaribo om vervolgens op hun standplaats in het donker het schooljaar te moeten beginnen. “Leerkrachten die al jaren les geven in het binnenland zijn het al gewend, maar het is een opoffering. Bovendien is het absoluut niet motiverend om onder zulke omstandigheden les te geven”, stelt Vorswijk. Bee geeft aan dat dit een van de redenen is dat leerkrachten niet naar het binnenland willen. “Als er wel elektriciteit is, is dat van 19.00u tot 23.00u. De mensen moeten het voor de rest van de avond zonder elektriciteit doen”, legt hij uit.
Ook de hoogte van de brandstofprijs baart de dorpsbewoners van Sipaliwini zorgen. Tot Atjoni is de prijs van brandstof hetzelfde als in Paramaribo, maar verder de rivier op moet men SRD 10 of meer betalen voor een liter diesel of gasoline.
Vorswijk zegt dat dit komt doordat degenen die een boot bezitten de brandstof opkopen om die vervolgens weer te verkopen. Voorts benadrukt zij dat de rivier opvaren met brandstof, heel veel moeite kost.
Vorswijk is van mening dat de overheid maandelijks langs de dorpen zou kunnen gaan om brandstof te leveren, waardoor dorpsbewoners niet zo duur hoeven te betalen voor brandstof.
door Priscilla Kia