ACUTE NOODHULP NA IRMA

De wervelstorm Irma met een kracht van 5, heeft huis gehouden in delen van het Caribisch gebied en heeft onder meer op St. Maarten, Barbuda, een deel der Franse eilanden en Cuba, enorme schade aangericht. Op Barbuda is het thans onmogelijk te overleven en daarom zijn de inwoners vrijwel allemaal overgebracht naar Antigua. St Maarten is ook grotendeels verwoest. Alle nuts- en communicatievoorzieningen zijn vernietigd en daarom is het voor de meesten niet goed meer mogelijk daar te existeren. De meeste mensen zijn op last van de Nederlandse regering dan ook tijdelijk op Aruba ondergebracht. De ravage op het Nederlandse deel van St. Maarten is onbeschrijfelijk. Het zal dan ook honderden miljoenen dollars of euro’s kosten, om dit allemaal te herstellen om St. Maarten weer leefbaar te maken. In Nederland wordt er druk overleg gepleegd hoe dat allemaal zal moeten geschieden en waar het geld allemaal vandaan moet komen. Voor een rijk land als Nederland zou dat eigenlijk niet zo een probleem moeten opleveren. Echter wordt er nog bekeken, of de EU ook niet moet worden betrokken bij het herstel van alles wat stuk gemaakt is op het eiland door Irma. De eerste dagen na de vernietigende slagen van Irma op St. Maarten, werd het duidelijk dat alles verwoest was en dat er spoedig hulp van buiten nodig was. Nederland die verantwoordelijk is voor haar deel op St. Maarten, stuurde mariniers en een marineschip naar het eiland. Daar stuitte men gelijk op tal van logistieke problemen en was veel meer en massievere hulp noodzakelijk. Het vliegveld werd voor landingen vrijgemaakt en daarna slechts opengesteld voor militaire vliegtuigen. Nederland hield daarbij andere vluchten af, het wilde vermoedelijk eerst een heel goed overzicht krijgen over een gebied dat de indruk wekt getroffen te zijn door een grootschalig bombardement en de ravage die ten gevolge daarvan was ontstaan. In een plaatselijk dagblad kwam vandaag een Surinaams slachtoffer aan het woord, dat klaagt over het feit dat Suriname geen hulp heeft geboden op St. Maarten. We begrijpen de frustratie en de traumatische toestand van de klager heel goed, maar vinden het niet terecht dat Suriname verweten wordt, geen hulp te hebben geboden na de teistering van het eiland door Irma. Ten eerste kon geen enkel Surinaams vliegtuig daar landen, omdat het vliegveld ontoegankelijk was geworden door het invliegverbod ingesteld door de Nederlandse autoriteiten. Suriname zou eerst toestemming moeten vragen om er te landen aan Nederland en zou dat vermoedelijk toch niet doen. Ook is het bij de Surinaamse autoriteiten bekend, dat St. Maarten deels is van Nederland en Frankrijk en dat beide West-Europese staten genoeg materieel te water en in de lucht hebben om veel sneller hulp te kunnen bieden; hetgeen ook is geschied. Suriname heeft wel wat hulp geboden aan Barbuda waar de situatie vermoedelijk nog een graadje erger is dan op St Maarten. We moeten eerlijk blijven en onderkennen, dat wij als land maar beperkte mogelijkheden hebben om aan een Caribische partner in nood, hulp te bieden. Voor zover ons bekend heeft Trinidad, het meest welvarende Caricom-lid van het moment, ook maar beperkt hulp geboden aan de andere eilanden die zo zwaar door Irma werden getroffen. Bij de wederopbouw van met name St. Maarten, zou Suriname indien we daar snel en efficiënt op inspelen, bouwmaterialen, waaronder tropisch hardhout, kunnen leveren. We hebben naar onze mening thans genoeg mogelijkheden om van onze kant te assisteren.

More
articles