Suriname heeft kortgeleden op verstandige wijze leningen genomen tegen goede voorwaarden. Er is gekeken naar de zachte rente, langere looptijd en de aflossingsvrije periode. De economische inrichting ziet er nu anders uit dan voorheen, toen ons land leunde op ontwikkelingsgeld.
Er is geld geleend om de productie te verhogen en vooral de lening ten behoeve van Staatsolie was weloverwogen. Volgens financiënminister Gillmore Hoefdraad. is Staatsolie op dit moment het belangrijkste exportbedrijf van Suriname en moet het versterkt worden. Dit zei de minister gisteren in De Nationale Assemblee (DNA) tijdens de behandeling van het Ontwikkelingsplan. De recente lening is ook aangegaan in de overtuiging dat die schuld samen met het bedrijf kan worden afgelost. Andere leningen behelzen verder productieverhoging, verbetering van de infrastructuur en capaciteitsversterking. De laatste lening die is goedgekeurd, is er een van de IDB voor een bedrag van US-dollar 17,5 miljoen voor de landbouw. Doelstelling is om hiermee de sector verder te ontwikkelen. Hoefdraad verwees ook naar de investering die is gedaan in de Newmont mijn toen de crisis het hoogst was. Volgens hem is het duidelijk dat ons land nu de vruchten daarvan begint te plukken. De bewindsman had een kritische noot richting de vorige regeringen voor 2010. Toen het geld er was, hadden ze volgens hem dit moeten gebruiken om de economie te diversifiëren. Toen al moest er geïnvesteerd worden in water en energie en andere ontwikkelingsprojecten. De regering die in 2010 aantrad, moest naar zijn zeggen “gaten dichten”. Deze regering heeft volgens hem altijd met de nodige paraatheid en voorzichtigheid het geld gezocht, omdat dit niet gratis is. Alleen ontwikkelinshulp was volgens Hoefdraad gratis geld, dat allang op was. “De focus nu is dat elke cent die geleend wordt, bestemd is voor de ontwikkeling”, aldus de financiënminister. De regering is ook druk bezig geweest om het uitgavenbeleid te hervormen. Een voorbeeld daarvan is de kwestie rond de subsidies waar duidelijke richtlijnen voor moeten komen. “De subsidies bedragen tussen de 32-42 procent van de lopende uitgaven. U begrijpt dat dit behoorlijk aantikt voor een land en vooral een land in crisis. De salarissen en voorzieningen bedragen rond de 32 procent van de uitgaven. Er moet naar mogelijkheden gekeken worden om de uitgaven terug te dringen”. Het blijft volgens de minister een uitdaging, want het is niet iets dat vandaag kan beginnen. Transparantie is naar zeggen van Hoefdraad ook belangrijk. Binnenkort kan men online gaan om te kijken om te zien hoe de begroting eruit ziet en hoe die wordt besteed. Reorganisatie en versterking van de Douane en de Belasting-dienst is ook noodzakelijk, wil de economie van het land op het juiste spoor gebracht worden. Op het stuk van de belastingen zal er een campagne gestart worden die erin moet resulteren dat de staat meer inkomsten zal genereren. Een online klantenservice alsook het upgraden van andere afdelingen conform de laatste technologie, moeten er volgens de minister mede aan bijdragen dat de staat succesvol belastingen kan innen.