De brandstofcompensatie van de bushouders is tot nog toe niet overgemaakt. Dit vertelt de voorzitter van de Particuliere Bushouders Organisatie (PLO), John Mahadewsing, hedenochtend aan De West. Hij verklaart dat hij afgelopen vrijdag nog gebeld heeft met de minister van Openbare Werken, Communicatie en Transport (OWC&T), Jerry Miranda. Volgens Mahadewsing heeft de minister hem gevraagd om tot deze week vrijdag te wachten op de uitbetaling van de brandstofcompensatie, in de tussentijd zal de minister samen met zijn collega van Financiën kijken wat er gedaan kan worden voor de bushouders. De voorzitter van PLO vindt het een kwalijke zaak dat bushouders al ruim acht maanden geen subsidie hebben ontvangen. Hij laat weten dat het bestuur van PLO weinig hieraan kan doen, gezien er niet gereageerd wordt op de vele brieven die zij geschreven hebben naar het ministerie. “We zijn ook gebonden aan de overheid”, legt hij uit.

Vanavond zal er een vergadering gehouden worden, tijdens deze vergadering zal er volgens Mahadewsing bepaald worden of er een algemene leden vergadering (alv) moet komen.

Aan de contactpersonen van de PLO zal ook het resultaat van het gesprek met de minister bekendgemaakt worden. Voorts zegt hij dat hij de leden niet tegen zal kunnen houden als zij besluiten om in actie te gaan, gezien het aantal maanden dat de bushouders al rijden zonder enige vorm van subsidie. Afgelopen vrijdag hebben de bushouders hun misnoegen geuit, zij gaven tijdens een prikactie aan ingeval de subsidie gelden niet vandaag, 24 juli 2017, worden gestort, zij over zullen gaan tot het voeren van actie. Al geruime tijd blijkt er een geschil te zijn tussen de PLO en het Actiecomité Belangenbehartiging Particuliere Lijnbussen, dat meerdere keren gezegd heeft dat volgens hen de PLO-voorzitter sjoemelt met de brandstofcompensatiegelden van de bushouders. Echter zegt Mahadewsing zich niet druk te maken over deze beschuldigingen. “Er zijn mensen die geen weet hebben van zaken, iemand die niet uitbetaald is geworden is een persoon die zes maanden tot een jaar niet heeft gereden”, haalt de PLO-voorzitter aan. Hij benadrukt dat hij slechts zijn taken probeert uit te voeren. Mahadewsing geeft verder aan dat PLO niet bevoegd is om controle uit te oefenen, maar hij zegt wel dat er op elk traject een PLO-contactpersoon is, die een lijst opmaakt waarin is opgenomen wie gereden heeft en wie niet. Volgens hem worden deze lijsten naar eer en geweten opgesteld. “Stel dat er tien bushouders zijn en er blijkt dat twee niet hebben gereden, dan worden maar acht uitbetaald. De gelden van twee bushouders blijven dan op de rekening staan en bij de volgende subsidie wordt het restant verrekend door het ministerie”, aldus de voorzitter, die zegt dat er geen kans is te sjoemelen met de compensatiegelden. Hij benadrukt ook dat de rekeningen van de PLO gecontroleerd kunnen worden bij de diverse banken.

door Richelle Mac-Nack