Ferdinand Welzijn, minister van Handel, Industrie en Toerisme (HI&T), zei afgelopen vrijdag in De Nationale Assemblee, dat per ingang van 1 augustus het invoerrecht op kip, kipdelen en eetbare kipafval, verhoogd zal worden van 20 naar 40 procent. Shawn Thijm, directeur  van pluimveebedrijf Espee, is blij met deze ontwikkeling en is van mening dat de kipsector geheel kan voorzien in de lokale behoefte van Suriname.

Verschillende volksvertegenwoordigers, onder wie Jennifer Geerlings-Simons en Mahinder Jogi (VHP), pleitten al jaren voor een verhoging van het invoerrecht op buitenlandse kip, ter bescherming en stimulering van de lokale pluimveesector. Thijm is blij dat de overheid eindelijk van plan is de sector te ondersteunen. Hij geeft aan dat het marktaandeel van de lokale kipsector tussen de 30-40 procent ligt en twijfelt niet aan het feit dat de sector bij het wegvallen van importkip, geheel kan voorzien in de lokale productie. Volgens hem zijn er ook plannen met de overheid om volledig over te stappen naar de  lokale productie.

Thijm zegt dat met de verhoging de buitenlandse kip niet helemaal weggewerkt kan worden, maar volgens hem kan de sector dankzij de verhoging concurreren met de Braziliaanse kip. Voor Amerikaanse kippenboutjes ligt dat anders, omdat de prijs daarvan ver beneden de lokale prijs ligt. De sector zou met verdere verhogingen van de invoerrechten de concurrentie van de Amerikaanse boutjes het hoofd kunnen bieden.

Volgens Thijm gaat 90 procent van de importkip naar de horecasector en niet naar de huishoudens. Hij geeft aan dat huishoudens kiezen voor lokale kip, omdat het van betere kwaliteit is. Het ergste van alles is volgens Thijm dat de horeca dezelfde prijzen hanteren als de bedrijven die lokale kip produceren. “Hierdoor gaan alle winsten naar de horecasector. De lokale bevolking profiteert niet van de goedkope kip”, aldus Thijm.

door Priscilla Kia