De Nationale Assemblee (DNA) is het beu dat vooral kinderen in het binnenland een tweederangs behandeling krijgen ten opzichte van hun leeftijdsgenoten in Paramaribo. De ene keer functioneert het onderwijsproces niet optimaal, de andere keer is er geen elektriciteit.

Dit is in diverse delen van het achterland het geval en de regering doet er kennelijk weinig aan om deze problemen op te lossen. Oppositie en coalitie hebben hun stem laten horen en gezegd dat het nu wel tijd is om structurele oplossingen te vinden. Het was het lid Erwien Lienga (NDP) dat de problemen in het binnenland aanzwengelde en gelijk bijval kreeg van collega-parlementariërs. Vooral de problemen op het onderwijsvlak zijn legio. Voor assembleeleden is het niet duidelijk wie het energieprobleem op de scholen moet aanpakken. Over het algemeen klagen bewoners in het achterland steen en been over de energievoorziening. Energievoorziening is volgens Lienga een recht van de gehele samenleving. In sommige dorpen zijn de generatoren kapot, maar de autoriteiten delen mee dat er geen geld is. Behalve de energievoorziening in de dorpen, komt het voor dat scholen niet over electriciteit beschikken, omdat er een stukje onduidelijkheid heerst. Het lid Rosellie Cotino (NDP), vroeg zich af wanneer regeringen gaan ophouden het binnenland als tweederangs te zien. Ze doelde hoofdzakelijk op onderwijs. Ze wil weten wat de regering gaat doen om het onderwijs op hetzelfde niveau als in Paramaribo te krijgen. “Wij kunnen het niet zo laten”, zei Cotino. Wendel Asadang (NDP) vroeg wanneer de onderwijzerswoningen in het achterland voorzien worden van elektriciteit. “NH en Onderwijs lijken om de hete brei heen te willen dansen. Het schijnt dat de ministeries van Onderwijs en Natuurlijke Hulpbronnen de verantwoordelijkheid van zich afschuiven”, zegt hij. Lienga gaf aan, dat deze problemen niet nieuw zijn, maar elke keer weer blijven de problemen onopgelost.  DNA-voorzitter Jeniffer Geerlings-Simons deed een beroep op de regering om duidelijkheid te geven over hoe die problemen aangepakt moeten worden. Het is volgens haar beter dat dorpsgemeenschappen de mogelijkheden krijgen om dergelijke kleine problemen zelf aan te pakken. Ze vindt niet dat bijvoorbeeld een ministerie verantwoordelijk zou moeten zijn voor krijt voor de lokalen. De regering moet daartoe wel de nodige condities scheppen.

Een ander zorgpunt waar de beide fracties hun bezorgdheid over hebben geuit is het feit dat kinderen al te gemakkelijk toegang krijgen om mee te doen aan gokspelen. Ze hebben erop gewezen, dat elke Chinese winkel makkelijk toegang daartoe biedt en dat hierdoor de kinderen met negatieve zaken bezig zijn. Gevraagd werd om de wetgeving op dit stuk aan te scherpen. Het lid Naomi Samidin (NDP) riep ouders op om goed op hun kroost te letten en daarmee alvast te voorkomen dat ze zich aan dergelijke handelingen schuldig maken. Ook de kwestie van hangjongeren baart het parlement zorgen en aan de regering is gevraagd serieus naar deze problematiek te kijken.