De regering in de persoon Gillmore Hoefdraad minister van Financiën ziet er het nut niet van in om acuut in te springen met financiële hulp bij de kindertehuizen Betheljada en Arya Dewakar. Dit zei Hoefdraad gisteren tijdens een openbare vergadering in De Nationale Assemblee (DNA). Hij gaf aan dat de regering kinderen nooit in de steek heeft gelaten, maar slechts meer duidelijkheid en verantwoording wenst van het financieel reilen en zeilen binnen de kindertehuizen. Hoefdraad zei dat er op basis van documenten waaronder realisatiecijfers, de begroting en de liquide positie van de instelling bepaald wordt, of de instelling wel of niet in aanmerking komt voor subsidie. Echter merkte hij op dat er enorme afwijkingen zijn bij realisatiecijfers en worden daarenboven niet alle bankrekeningen doorgegeven.
Hoefdraad zei dat Huize Betheljada bij verantwoording vijf valutarekeningen niet had doorgegeven aan het ministerie. Per 1 januari heeft de stichting deze rekeningen doorgegeven waarna de liquide positie van de stichting op ongeveer SRD 2 miljoen kwam. Hij verklaarde dat de begroting van de stichting voor 2017 behoorlijk aangedikt is ten aanzien van de personeelskosten en wel van SRD 803.000 naar SRD 1.163.000 en de overige kosten van SRD 306.000 naar SRD 756.000. Opmerkelijk is volgens de minister dat er een consultant in dienst is van de stichting voor ondersteuning van cao-onderhandelingen, die een bedrag van ongeveer SRD 107.000 verdient en ook nog voorzitter van het bestuur is en waarnemend directeur van de instelling. De stichting heeft volgens de minister geen verantwoording kunnen afleggen over de bovenstaande cijfermatige opsomming. Hoefdraad zei dat de stichting aan het eind van 2017 een overschot van SRD 1.2 miljoen zal hebben. Ook bij het kindertehuis Arya Dewakar zijn er geen juiste cijfers doorgegeven aan het ministerie. De minister stelde dat er een liquide positie van SRD 311.000 werd opgegeven, terwijl deze in werkelijkheid SRD 489.681 bedraagt. Hij is van mening dat het kindertehuis met dit bedrag zeker nog tot september zou moeten kunnen draaien, en hij daarom niet begrijpt op basis waarvan het kindertehuis noodalarm slaat. Hoefdraad benadrukte dat deze regering kinderen niet in de steek laat. “In deze precaire situatie moeten wij de juiste gegevens hebben, want het geld ligt niet voor het oprapen”, aldus de minister.
Sinds augustus 2015 heeft de regering haar beleid qua subsidieverlening aan sociale instellingen aangescherpt, omdat geld op een onverantwoorde wijze werd verstrekt. Hoefdraad zei dat het zo erg was, dat vaak genoeg de gelden gebruikt werden om te investeren in Staatsolie obligaties en om te beleggen bij banken, terwijl de subsidie broodnodig was voor de steun aan degenen die het nodig hebben.
-door Johannes Damodar Patak-