Het wachten is volgens bestuurskundige August Boldewijn op de verweerbrief van de geschorste EBS-directeur, Rabin Parmessar. Hij geeft aan dat de interne informatie rond het schorsen van de directeur nog niet helemaal is wat het moet zijn. Indien, zoals beweerd wordt dat Parmessar de Raad van Commissarissen (RvC) gepasseerd heeft als directeur van de N.V. Energie Bedrijven Suriname (EBS) dan is het volgens Boldewijn duidelijk dat Parmessar tegen de regels is ingegaan. Hij geeft aan dat de RvC, zoals bij alle bedrijven, hoger is dan de directie van een bedrijf en dat het meestal zo is dat bij betalingen van een bepaald bedrag goedkeuring nodig is van de RvC. Het vervangen van de RvC, zoals enkele media hebben aangegeven, begrijpt Boldewijn niet. Hij zegt dat Parmessar zijn verweer moet kunnen indienen bij de oude RvC en niet bij de nieuwe, omdat deze niet weet wat er zich allemaal heeft afgespeeld.

Boldewijn geeft aan dat zaken goed op een rijtje dienen te worden gezet en dat er een aantal vragen moet worden gesteld. Er moet volgens hem nagegaan worden wat men beoogt met de tot nog toe verrichte handelingen in de kwestie van de schorsing van de EBS-directeur. “Wil men Parmessar blijven handhaven? Zouden zaken in opdracht van mensen boven de RvC zijn uitgevoerd? Wordt de RvC vervangen om Parmessar te handhaven als directeur? Wil men voorkomen dat zaken vermeld worden in de verweerbrief van de geschorste EBS-directeur?”, aldus Boldewijn. Hij sluit af door te zeggen dat dit zaken zijn die zich kunnen afspelen.

door Johannes Damodar Patak