De Noord-Amerikaanse drugsbestrijdingsdienst krijgt binnenkort weer een vertegenwoordiging in ons land. Tijdens de regering Venetiaan had de Drug Enforcement Agency (DEA) een kantoor dat was gevestigd binnen de Amerikaanse ambassade. Tussen de vertegenwoordigers van de DEA en onze justitiële autoriteiten bestond er in die tijd een zeer goede samenwerking en werd de drugsdoorvoer aanmerkelijk teruggedrongen. Volgens oud-commissaris van politie, Krishna Mathoera, thans assembleelid voor de VHP, bestond er destijds een goede samenwerking met de operationele diensten van het KPS en was het niet zo dat de vertegenwoordigers van de Amerikaanse dienst slechte medewerking ondervonden van opsporingsambtenaren binnen het KPS. Mathoera haalt aan dat de DEA bij een goede samenwerking, informatie met betrekking tot de grensoverschrijdende misdaad uitwisselt met justitiële autoriteiten. De minister krijgt inzage in de informatie en vervolgens wordt de procureur-generaal op de hoogte gesteld. Er dient een strikt vertrouwen te heersen tussen de DEA en de mensen aan wie de informatie wordt verstrekt. Volgens Mathoera zijn de DEA-mensen niets anders dan politie liaisons die informatie uitwisselen om zo de drugshandel op een effectieve wijze te kunnen bestrijden. Een voorwaarde voor deze uitwisseling blijft te allen tijde de betrouwbaarheid van de mensen waarmee samengewerkt wordt. Er zal volgens de oud-commissaris van politie, geen samenwerking mogelijk zijn als het vermoeden bestaat dat zeer gevoelige informatie lekt naar personen die daar absoluut niet over mogen beschikken. Wanneer de DEA zich in een land vestigt, dan verlangt ze dat de mensen die met haar samen zullen werken, een elektronische test met een leugendetector ondergaan. Als de voorgedragen personen door de test zijn gekomen en er een gedegen antecedentenonderzoek heeft plaatsgevonden, kan de samenwerking een aanvang nemen. Dit onderzoek wordt onafhankelijk door de DEA uitgevoerd.
Mathoera vermoedt dat bij een regeringswisseling er mensen zijn gemuteerd die nauw samenwerkten met de DEA en dat de vervangers niet in goede aarde zijn gevallen bij de Amerikaanse drugsbestrijdingsdienst en dat daarom werd besloten de vertegenwoordiging op te heffen en te verplaatsen naar Guyana. Ook denkt de hoge oud-politieofficier dat de Amerikanen niet akkoord zullen gaan met de vestiging van hun nieuwe kantoor binnen het ministerie van Justitie en Politie. De Amerikanen bepalen in de meeste gevallen zelf een voor hen geschikte en veilige locatie.