De Venezolaanse regering heeft een stijging van het minimumloon en de pensioenen met 50 procent aangekondigd te midden van een op hol geslagen inflatie. Volgens president Nicolás Maduro zal deze maatregel banen en inkomens beschermen. Maduro zegt dat hij het maandelijkse minimumloon zal verhogen tot 40.000 bolivars, ongeveer US-dollar 60 tegen de hoogste officiële wisselkoers, of US-dollar 12 op de zwarte markt. Het is de vijfde verhoging binnen een jaar. De inflatie in Venezuela, de hoogste in de wereld, heeft de waarde van de bolivar gestript. De belangrijkste zakelijke vereniging in Venezuela, zegt dat de loonsverhoging is aangekondigd zonder overleg. Volgens haar kan het leiden tot ontslagen en kleine bedrijven dwingen te sluiten. Volgens deskundigen kan deze maatregel de crisis verergeren. Maar Maduro zegt in zijn wekelijkse televisie- en radioprogramma, dat deze maatregel overheidswerkers, de strijdkrachten en gepensioneerden, ten goede zal komen.
Ook de oppositie beschuldigt Maduro van mismanagement van de afbrokkelende economie van het olierijke Venezuela, maar hij zegt dat hij geconfronteerd wordt met een economische oorlog door politieke vijanden en vijandige zakenlieden. Het staatshoofd blijft erbij dat de elite van het land de economie van het land saboteert voor politieke doeleinden. Het Internationaal Monetair Fonds zegt dat de inflatie dit jaar 1.600 procent zal bereiken.