Rondhout is een van de belangrijkste houtassortimenten van ons land dat geproduceerd wordt door de houtindustrie. Dit assortiment is de grondstof voor semi-verwerkte producten en gereedproducten, voortgebracht door de houtindustrie. De totale rondhoutproductie in ons land is in de periode 2011-2015 toegenomen met 52,9 procent. Dit blijkt voornamelijk uit de gerealiseerde exportvolumes. In 2015 zijn volgens de milieustatistieken van het Algemeen Bureau voor de Statistiek (ABS), de houtexportvolumes US-dollar 31,360,297.
Evenals de productie, vertoont de houtexport volgens de milieustatistieken een stijgende trend. De belangrijkste afnemer van Surinaams hout is China dat 58 procent van ons product opkoopt. Na China volgt Europa dat 7 procent afneemt. De Surinaamse houtverwerkingsindustrie bestaat uit houtzagerijen en triplexfabrieken. De zagerijen zitten overwegend in Paramaribo en Wanica. Opvallend is dat in de bosrijke districten Sipaliwini, Brokopondo en Marowijne, weinig houtzagerijen voorkomen. In 2014 waren er in totaal 211 bosexploitatiebedrijven; 96 houtzagerijen, 2 triplexfabrieken, 113 houtmarkten en 91 meubel- en timmerbedrijven. In 2015 waren er 71 geregistreerde houtzagerijen. Voor 2015 is er 132,149 m3 Basralocos geproduceerd. Daarna volgt Gronfolo met 82,364 m3. Op de derde plek prijkt Kopi met een jaarproductie van 30,230. Opvallend is dat de overige soorten heel hoog scoren en wel 252,118 m3. De export van rondhout steeg van 97,968 in 2011 naar 226,786 m3 in 2015. Slechts in 2013 was er een daling van de productie. Het district Sipaliwini blijkt het gebied te zijn met de meeste productie rondhout van 201,153 m3. Para volgt met 132,518 m3. De bijdrage van de bosbouwsector aan het bruto binnenlands product (BBP) was in 2014 1,7 procent.
De Houtkapvergunningen (HKV’s) werden uitgegeven met als oorspronkelijke doel de voorziening in de eigen behoefte aan hout en andere bosproducten van de in stamverband levende en tevens in stamverband wonende boslandbewoners. Dit geldt thans ook voor de gemeenschapsbossen, maar in de Wet Bosbeheer is expliciet toegevoegd het gebruik voor commerciële houtbenutting en ontginning voor landbouwdoeleinden. Het aantal uitgegeven vergunningen aan gemeenschappen is volgens de milieustatistieken in de periode 2011-2015 toegenomen met 11,8 procent De totale houtoppervlakte van de houtkapvergunning is deze periode toegenomen met 15,3 procent. Het aantal concessies is gestegen van 161 naar 213, terwijl de totale oppervlakte van 2,493,417 naar 2,874,220 hectare ging in de eerdergenoemde periode. Voor de realisatie van de houtproductie verleent de overheid houtconcessies variërend van 5 tot 20 jaar. Ontbossing en bosdegradatie hebben een negatief effect op de beschikbare potentie aan bosproducten en diensten. Ter realisatie van duurzaam bosbeheer is de monitoring van de productie van bosproducten, zoals rondhout, gezaagd hout en brandhout, van eminent belang. Het is daarom nodig om beleid en regelgeving betreffende rehabilitatie te ontwikkelen en die steeds aan te passen, afhankelijk van tijd en omstandigheden. Rehabilitatie heeft in dit geval te maken met de herbebossing van uitgemijnde gebieden. Bossen zijn hernieuwbaar en als ze beheerd worden op een manier die verenigbaar is met natuurbehoud, kunnen ze goederen en diensten produceren die duurzame ontwikkeling stimuleren.