De Centrale Bank en het ministerie van Financiën hebben dit weekend, zoals zo vaak voor het begin van een nieuwe week en als een donderslag bij heldere hemel, maatregelen aangekondigd die als stringent naar de valutamarkt, zouden kunnen worden aangemerkt. Maar hoe stringent oftewel krachtig is een maatregel waar wij in een verkapte vorm in het verleden kennis mee hebben gemaakt en dan uiteindelijk niet het gewenste resultaat heeft opgeleverd. Een krachtige of harde maatregel binnen het valutaregiem heeft alleen resultaat als je zelf in staat bent met stappen te komen die lieden binnen de valutahandel, op de knieën kunnen brengen. En dat is nou juist waar wij ernstige twijfels over hebben. Als je zelf geen of ruim onvoldoende valuta hebt om een land naar behoren te kunnen besturen en afhankelijk bent van derden, heb je uiteindelijk niet al te veel in de melk te brokkelen en zal je toch water bij de wijn moeten doen. De Centrale Bank van Suriname en het ministerie van Financiën vinden dat cambio’s nog wel euro’s mogen opkopen, maar die niet zelf meer ten verkoop mogen aanbieden. Wat geleid heeft tot deze stap van de beide instanties, is ons niet bekend. Is voor ons ook niet zo relevant. Wat wel relevant is, is dat de valutabonzen in dit land altijd hebben bewezen alle regelgeving en dreigementen van de overheid met een korrel zout te nemen en toch in staat zijn geweest hun valuta te kunnen verhandelen met of zonder goedkeuring van de overheid. Kom je met een verbod op de handel in euro’s, dan weten de geldhandelaren altijd wel een uitweg om hun bedrijven te redden. Hebben we toch overduidelijk kunnen zien tijdens de dictatuur van Bouterse 1980-1987. Wie is het “wissele” “wissele” nabij de Centrale Markt vergeten en wie liggen de geschenkzendingen en eigen aanbreng bij de importen, nog vers in het geheugen? Vaak genoeg wisten bonafide bedrijven wel vreemd geld te bemachtigen om hun goederen te bestellen. En deze bedrijven kwamen en komen niet in conflict met het Meldpunt Oneigenlijke Transacties, MOT, of het Openbaar Ministerie. Zodra je bepaalde zaken vanwege de overheid aan banden gaat leggen of wenst te leggen, schaadt je de productie en de handel en dat behoren de revo-exponenten die thans aan de macht zijn, maar al te goed te weten. Ze hebben het namelijk al eerder allemaal meegemaakt. Door deze maatregel van de overheid is het risico zeker aanwezig dat er een schaarste aan euro’s ontstaat en dat de koers van deze munteenheid verder de lucht inschiet en goederen uit Europa nog duurder worden dan thans al het geval is. Een verbod op de verkoop van euro’s door de cambio’s opgelegd door de Centrale Bank en het ministerie van Financiën, zal nu maken dat de euro’s weer in het zwarte circuit belanden. Ook wordt het wantrouwen en de aversie tegen het regiem Bouterse nog verder aangewakkerd. Het de-dollariseren van de economie is ook zo een maatregel die nauwelijks effect zal resulteren. Wie zijn goederen thans in dollars prijst, ontvangt dan wel geen dollars, maar berekent gewoon de dagkoers die gebaseerd is op de straatkoers. Wie zijn huur in dollars en of euro’s moet voldoen, zal dan wel geen vreemde valuta aan de verhuurder overhandigen, maar wel SRD’s op basis van de dagkoers. De verhuurder stapt dan naar de vertegenwoordiger van de straatkoers en koopt zijn dollars en euro’s. De huurder blijft in deze de gebeten ‘hond’ en blijft betalen tegen een absurd inflatoir aangetaste SRD. En denken de Centrale Bank van Suriname en het ministerie van Financiën dat exporteurs al hun valutaopbrengsten naar dit land, waar onzekerheid thans troef is, zullen overboeken? Je moet goed naïef zijn om dat te veronderstellen of eisen. Men zal eerder geneigd zijn om zijn nog beschikbare kapitaal naar elders te verhuizen, omdat men toch geen muziek meer ziet in het Surinaamse orkest. Er zijn maar weinig exporteurs die zich zullen kunnen verenigen met het terugbrengen van hun zuurverdiende dollars en euro’s naar Suriname op dit moment. Daarvoor is er veel te veel wantrouwen in een regiem dat ernstig in verlegenheid zit om deviezen en een instantie als het IMF reeds na zo korte tijd tegen zich in het harnas heeft gejaagd. Als personen en instanties actief in de productie en handel geen overmakingen mogen plegen buiten de hier gevestigde banken om, zullen nog minder importen plaatsvinden en zal schaarste van allerhande goederen ontstaan. Is dat wat het regiem in de hand wenst te werken met deze zwaar achterhaalde ingrepen, die slechts door landen met enorme financiële problemen worden doorgedrukt? Het zal ons niet bevreemden indien de stroom van euro’s vanuit de cambio’s richting banken, plotsklaps enorm zal afnemen. Wie controleert namelijk hoeveel euro’s een cambio heeft opgekocht? Is daar een controlemechanisme voor of denkt men te kunnen rekenen op goede samenwerking en gehoorzaamheid vanwege de cambiohouders. Ook al dreigen de Centrale Bank en Financiën met sluiting van een cambio, dan nog zal de valutahandel in een ondergrondse geldhandel voortbloeien. Uit alles valt op te maken dat de overheid haar financiële positie verder aan het verslechteren is en dat de brouillering met het IMF haar thans nog nadrukkelijker met haar rug tegen de muur heeft geplaatst. De komende tijd kunnen we nog meer van dit soort noodingrepen vergezeld van dreigementen verwachten. Heeft toen niet gewerkt en zal ook nu niet het gewenste resultaat opleveren.