VERDEEL EN HEERS

Een strategie toegepast door opportunistische personen of instanties, vaak in het kader van een politiek belang met als ultieme doel het zelfbehoud en de belangenconsolidatie. Deze strategie is zo oud als Methusalem en al eeuwen toegepast door regeringen , feodalen en ook door gewone leidinggevenden ten opzichte van derde personen en groeperingen. Ook in ons land is deze strategie niet onbekend. Gezien het feit dat eenheid macht vertegenwoordigt en voor snelle en drastische wijzigingen zou kunnen zorgen, is het voor politici vaak een must naar mogelijkheden uit te kijken die verdeeldheid kunnen bevorderen. Het is namelijk bekend dat met name door eensgezindheid binnen de vakbeweging, regeringen in het verleden naar huis zijn gestuurd. We memoreren de problemen waarmede het kabinet Pengel aan het einde van de jaren zestig van de vorige eeuw geconfronteerd werd. Ook het kabinet Sedney in het begin van de jaren zeventig kreeg van doen met stakingen en straatrellen waarbij vakbonden een voorname rol speelden. Ook het kabinet Wijdenbosch (1996-2000) weet er alles van toen in 1999 de eensgezindheid van de verschillende vakorganisaties in combinatie met politieke partijen en andere maatschappelijke organisaties via straatacties het duidelijk maakten, dat het zo snel mogelijk moest verdwijnen. Wijdenbosch was onder druk van dit grote volksverzet genoodzaakt vervroegde verkiezingen uit te schrijven. En juist omdat de NDP en haar leider Bouterse maar al te goed weten, dat de eigenlijke macht bij het volk berust, ging Bouterse al kort na de verkiezingsresultaten van mei 2010 en de overloop van Somohardjo en Brunswijk ertoe over, Hooghart bij Miskin aan de Julianastraat te ontmoeten. Hooghart werd van alles en nog wat beloofd en Miskin die toch o zo graag minister wilde worden, mocht de portefeuille van Arbeid gaan bekleden. Hooghart moest dan wel beloven, zijn CLO-achterban onder alle omstandigheden rustig te houden en dat doet hij tot op dit moment met de nodige overtuiging. Zulks tot groot ongenoegen van velen binnen het ambtelijke, die door de ontstane precaire toestand nog maar nauwelijks het hoofd boven water kunnen houden. Hooghart houdt zijn mond stijfdicht en danst naar de pijpen van zijn NDP-baas die hem ook nog in de gelegenheid heeft gesteld, assembleelid te worden. De man is monddood gemaakt en pleegt gewoon verraad tegenover de achterban die ook verbetering van de financiële positie wenst, maar met een dergelijke gemuilkorfde voorzitter, geen stap verder komt. Maar lang niet iedere vakbondsleiding is met een aalmoes rustig te houden en pleegt verraad aan de leden die vertrouwen in haar hebben gesteld. En daar wringt natuurlijk de schoen voor de NDP-regering. Dus heeft ze een ander gevaarlijk precedent geschapen, door met een wetgeving voor de dag te komen die een ernstige beperking van vakbondsrechten inhoudt. Vakbondsrechten die overigens goed in onze grondwet zijn verankerd en waar je eigenlijk niet aan mag tornen. Politiemensen beperken om door het voeren van acties kracht aan hun eisen bij te zetten, is uit den boze. Waarom bestaat die vakbond bij de politie dan, als men niet zou kunnen overgaan tot het uiterste middel, namelijk de werkneerlegging. De wetgever Kensenhuis (NDP) uit Para tracht de beperking van het stakingsrecht te vergoelijken door te stellen, dat ze door DNA is gejaagd in het belang van orde en rust. Kensenhuis weet heel goed dat de beperking een kwaadwillige handeling is in het belang van zijn eigen NDP, die thans vreest voor sociale onrust die door de aanhoudende crisis en de steeds verder verslechterende koopkracht van elke landgenoot, gemakkelijk de kop kan opsteken . Bij sociale onrust moet het dan ook uitgesloten zijn dat ook de politievakbond of de manschappen van het leger, het bijltje erbij neerleggen. Deze handeling is zeer vijandig tegenover de vakbeweging die opkomt voor mensen die door het wanbeleid van deze regering in ernstige financiële nood zijn komen te verkeren. In een poging de vakbeweging verder te verzwakken en uiteen te rukken, komt men dan ineens met een wet die bepaalde groepen in deze samenleving het stakingsrecht moet ontnemen en dat allemaal in het kader van het beschermen van orde en rust. Kensenhuis moet eigenlijk ruiterlijk toegeven dat deze wet alles te maken heeft met de consolidering van de machtspositie van de NDP en haar leider Bouterse. Aan het einde van 1979, dus kort voor de coup van februari 1980, was de huidige president, toen zelf sergeant majoor en sportinstructeur bij de Surinaamse Krijgs Macht (SKM), voorzitter van de Bond Militair Kader (BMK). Na de coup werd er nooit meer gekeken naar de belangen van de militairen zonder suppletieregeling uit Nederland en betere voorzieningen voor de leden van het Nationaal Leger. Thans tracht men uit pure overleving vakbonden die een betere beloning voor hun achterban trachten te bewerkstelligen, monddood te maken door met gelegenheidswetgeving voor de dag te komen. Ook dat zal deze regering niet helpen. De leiding van de Surinaamse Politie bond (SPB0 heeft al laten weten zich niet te laten intimideren door de onlangs in DNA aangenomen beperkende wet. De macht berust uiteindelijk nog altijd bij het volk en niet bij geen enkele regering, die het toevallig voor enige tijd voor het zeggen heeft en slechts aan overleving denkt.

*****

De regering gaat halsstarrig door met haar plan dit jaar op de Onafhankelijkheidsdag 25 november aanstaande, de parade van de gewapende troepen in Moengo te houden. De Surinaamse regering heeft ernstige financieringstekorten en is helemaal niet in staat personen en instanties te betalen voor geleverde goederen en bewezen diensten. Ze heeft een miljarden begrotingstekort en leent à la dol geld in het buitenland om de zaak toch nog maar enige tijd draaiende te houden. En toch gaat ze door met haar verspillend gedrag. Een parade te Moengo ? Hoe kom je er eigenlijk bij om weer tonnen uit te geven voor een dergelijke parade in een dorp waar er tegenwoordig in vergelijking met enkele jaren geleden, nog maar weinig activiteit te bespeuren valt. Zwaar materieel en manschappen moeten naar het voormalige bauxietdorp verplaatst worden . Voor duizenden militairen, politieagenten, douaniers, cipiers, buitenlandse militaire gasten, diplomaten en andere genodigden, moet er voeding en drank naar Moengo versleept worden. Bussen zullen ingehuurd moeten worden en uiteindelijk ook de exploitanten betaald. En dat allemaal uit een staatskas waarvan de bodem allang zichtbaar is. Maar Bouterse en zijn NDP-kliek hebben maling aan kritiek, ze verkwisten gewoon de belastinggelden en schroeven daarmede de staatstekorten verder op. Zal ze echt een zorg wezen wat ze na 2020 achterlaten voor anderen die de gecreëerde puinhoop moeten komen opruimen. Het is vanaf 1980 nooit anders geweest met regeringen die onder leiding stonden van de exponenten uit de zogenaamde revolutie van 1980.

More
articles