Door de studentenstop die de minister van Onderwijs Wetenschap en Cultuur (MinOWC), drs. Robert Peneux, heeft doorgevoerd voor de studierichtingen Geschiedenis, Nederlands, Wiskunde en Natuurkunde, hebben verschillende instanties hun mening hierover kenbaar gemaakt. De directeur van de Henry Hassankan Scholengemeenschap (HHS), Denny Wongsodimedjo, is van mening dat er niet gesleuteld mag worden aan het onderwijs. “Als er belangstelling is voor een studie, moet het ministerie haar niet zomaar stopzetten”, meent Wongsodimedjo.
Volgens de directeur van de HHS moet het MinOWC eerst kijken of er grote vraag is naar een bepaalde studie op de markt en dan pas kan deze geïntroduceerd worden. Hij is van mening, dat het ministerie op deze manier de leerlingen van de middelbare scholen beperkt in hun keuze. Verder vindt hij het lastig, dat de studierichtingen die in 2014 van start zijn gegaan, nu stopgezet worden. “Onderwijs kan je niet stopzetten vanwege bezuinigingsmaatregelen”, aldus Wongsodimedjo.
Ook studenten kunnen zich moeilijk verenigen met het besluit dat de minister van onderwijs onlangs heeft genomen. Student van de HHS, Faraiz S., vindt het een slecht idee van de minister om te bezuinigen op onderwijs. “We studeren zo hard om iets te worden in de maatschappij en dan besluit het ministerie te bezuinigen op onderwijs”, aldus de student van de HHS. Een student met een s-pakket van de avond VWO, Arshemi D., zegt dat dit besluit van de minister, veel nadelige effecten zal hebben op de vervolgstudie van studenten. “Ik heb minder opties, nu wiskunde en natuurkunde weg komen te vallen. Ik zal dan thuis moeten zitten, of mijn studie moeten vervolgen in het buitenland”, zegt Arshemi. Volgens haar willen veel studenten van haar niveau, vertrekken naar het buitenland, omdat ze hier een zeer beperkte keuze aan studies hebben. Ze is van mening, dat het ministerie andere alternatieven moet creëren voor de studenten, die straks hun vwo-diploma zullen behalen.
Wongsodimedjo gaat er ook vanuit dat de studierichtingen stopgezet worden om geëvalueerd te worden. Hij ziet graag dat het ministerie in het vervolg een vooronderzoek doet naar het belang van bepaalde studies. Volgens hem moet men op het departement ook overwegen of bepaalde studies niet als ondersteunend vak kunnen dienen van een bepaalde studierichting. “Studeren moet een doel hebben, hoe staat het met een baan?”,vraagt Wongsodimedjo zich af. Hiermee geeft hij aan dat er naar alle mogelijkheden gekeken moet worden, voordat het ministerie een studierichting opstart om haar vervolgens weer stop te zetten. “Zo worden studenten niet teleurgesteld”, meent de directeur van HHS.