Staatsschuld wederom toegenomen

Overheid leent andermaal bij de CBvS en algemene banken

De totale staatsschuld is per 30 april 2016, ten opzichte van een maand eerder, met SRD 270 miljoen toegenomen tot SRD 8.2 miljard. Dit blijkt uit de meest recente statistieken van het Bureau voor de Staatsschuld. In deze toename zit een verhoging van de schuld aan de Centrale Bank van Suriname (CBvS) voor een bedrag van SRD 166 miljoen.

Ten opzichte van eind maart 2016 is de totale binnenlandse schuld met SRD 184 miljoen gestegen. Deze stijging is onder te verdelen in een toename van de schuld bij de algemene banken met SRD 27 miljoen en, zoals eerder gesteld, een toename van SRD 166 miljoen van de schuld aan de CBvS. Hier tegenover staat een afname van de particuliere schuld voor een bedrag van SRD 10 miljoen. De schuld aan de CBvS zit voornamelijk in voorschotten/overtrekkingen bij de CBvS, die met SRD 172 miljoen zijn gestegen. Vanwege een lichte daling van de geconsolideerde (lange termijn) schuld aan de CBvS van SRD 2.498 miljoen naar 2.491 miljoen (een daling van SRD 7 miljoen), komt de totale schuld aan de CBvS per saldo neer op een toename van SRD 166 miljoen per april 2016. De schuld aan de algemene banken is gestegen vanwege een toename van (uitgegeven) schatkistpapier voor SRD 24 miljoen. Schatkistpapier is een (kortlopend) schuldbewijs, dat door de Staat wordt uitgegeven als de Staat een tijdelijk kasgeldtekort heeft. Een maand eerder, in maart 2016, was voor schatkistpapier al een stijging van SRD 55 miljoen genoteerd. In twee maanden tijd heeft de overheid dus voor ruim SRD 79 miljoen aan schatkistpapier uitgegeven.

Verder tonen de statistieken van het Bureau voor de Staatsschuld aan dat buitenlandse leningen met SRD 107 miljoen zijn gestegen. Als gevolg van een daling van niet opgenomen gecommitteerde leningen voor een bedrag van SRD 18 miljoen, komt de toename van de totale buitenlandse schuld neer op een bedrag van ruim SRD 86 miljoen.

Uit de statistieken blijkt ook dat enkele particulieren in april door de overheid zijn betaald, getuige de afname van de leverancierskredieten van particuliere bedrijven met SRD 9 miljoen. De mogelijkheid bestaat dat deze particulieren zijn betaald met geld dat elders is geleend, getuige de toename van de schuld aan de algemene banken. Dit zou betekenen dat geld bij de ene partij wordt geleend om de schuld bij de andere partij (deels) af te lossen. Daarnaast wordt, gezien de statistieken, meer geld geleend dan dat schulden worden afbetaald. Op lange termijn zal dit zich wreken in een nog zwaardere schuldenlast voor de bevolking van Suriname. Per april 2014 bedroeg de staatsschuld 47,7% van het bruto binnenlands product (bbp), terwijl deze 46,13% was in de maand maart. Daarnaast wordt voor de calculatie van de staatsschuld nog steeds gebruik gemaakt van een wisselkoers van USD 1 = SRD 3,35 (de koers per ultimo 2014), terwijl deze momenteel USD 1 = SRD 7,05 bedraagt.

More
articles