Arbiter Waldo Debisarun krijgt een medaille omhangen. Debisarun herdacht op 1 juni jongstleden het feit dat hij 15 jaar geleden in dienst van de SZVB trad.
Waldo Debisarun 15 jaar in zaalvoetbaldienst
Velen kennen hem van het zaalvoetbal waar hij als arbiter niet met zich laat sollen. Onder zijn strakke leiding moeten wedstrijden tot een goed eind worden gebracht. Waldo Debisarun lijkt niet alleen de favoriete arbiter van het futsalminnend publiek, maar is ook al jaren de “eerste keus” van de Surinaamse zaalvoetbalbond (SZVB). Wat velen echter niet weten is dat de lange slanke man die met zijn fluit in de mond al vijftien jaar op het zaalvoetbalveld rent, in zijn jongere jaren Pencak Silat-kampioen van Suriname is geweest. Een waarschuwing dus aan de zaalvoetballer die het eens in zijn hoofd haalt arbiter Waldo, zoals hij genoemd wordt, uit te testen.
Waldo Debisarun herdacht op 1 juli jongstleden het feit dat hij 15 jaar geleden zijn eerste stappen zette als futsalreferee. Daarvoor beoefende hij Pencak Silat. In deze sport werd hij in 1991 Surinaams kampioen in de gewichtsklasse 60-65kg.
In 1992 werd Debisarun uitgekozen om mee te doen aan een Open Europees Kampioenschap in Oostenrijk, en waarvoor vechters uit Suriname speciaal waren uitgenodigd. Debisarun behaalde de derde plaats en keerde dus met een bronzen medaile naar huis terug.
Negen jaar later – 1 juni 2001 – floot hij zijn eerste wedstrijd voor de SZVB. “In deze 15 jaren heb ik heel wat ervaringen opgedaan en ook heel wat geleerd”, zegt Debisarun.
Hij noemt Reppie Redmont (nu wijlen) de motor achter zijn succes. Debisarun werd echter door Rahiem Kurban in de futsalarbitrage geïntroduceerd. Redmond betitelt hij als zijn goeroe. “Redmond leerde mij de lessen, bracht bij de kneepjes bij en gaf mij de moed om de arbiter te zijn die ik vandaag ben.”
Maar nog eens negen jaar later in december 2010 kwam zijn goeroe te overlijden. Debisarun: “Helaas moest ik het plotseling alleen doen, maar ondanks hij niet meer was, heb ik doorgezet.” Volgens Debisarun had Redmond een droom en dat was om hem (Debisarun) te huldigen als de beste zaalvoetbalarbiter.
Deze droom ging in 2011 vervulling, helaas zonder Redmond erbij. In 2011 werd Debisarun uitverkoren tot de beste zaalvoetbalarbiter van 2010.
Zijn eerste grote wedstrijd was in 2004. Debisarun: “Bij een play-off vergadering in 2004 werd ik uitgekozen om een finalewedstrijd te fluiten. Ik was nog groen in het vak, maar ik deed mijn werk goed en naar behoren. Eerlijk gezegd voelde ik mij erg vereerd, want als jonge, opkomende scheidsrechter verwachtte ik dat een arbiter met meer ervaring uitgekozen zou worden. Maar toch viel de keus op mij, niet als tweede of derde arbiter, maar gelijk als hoofdarbiter voor een finalewedstrijd. Ik kon mijn tranen niet bedwingen. Zelfs toen ik al thuis was, kon ik het nog niet hememaal bevatten dat ik als jonge arbiter was uitgekozen om een topfinale te fluiten. Het gevoel was gewoon niet te beschrijven. Je weet dat je in de Anthony Nesty Sporthal gaat staan met zoveel publiek om je heen. Dus het zal mij altijd bijblijven, de eerste finale play-off wedstrijd die ik als hoofdarbiter moest leiden.
In 2013 mocht Debisarun als arbiter mee naar een toernooi in Frans-Guyana. Hij mocht drie van de vier wedstrijden leiden.
In 2014 volgde een AMF arbiterscursus op Curaçao. Hij rondde deze met succes af en mocht meteen ook een wedstrijd fluiten in de play-off van de Curaçaose competitie.
Debisarun spreekt de hoop uit dat er in de toekomst in Suriname ook een competitie georganiseerd wordt volgens de AMF-regels. De ervaring heeft hem geleerd dat er heel veel mogelijkheden zijn voor de Surinaamse zaalvoetballers om op internationaa niveau te spelen.
Debisarun heeft in de afgelopen 15 jaar bijkans alle finales gefloten van toernooien en competities van de SZVB of onder auspiciën van de bond.
Wat echter op zijn staat van dienst ontbreekt is een finalewedstrijd in het Centraal Toernooi van Sporten voor Staatsbedrijven (CTSS), dit terwijl, maar ook omdat, Debisarun werkzaam is bij de Staatsolie Maatschappij Suriname, die ook deelneemt aan het CTSS. Debisarun droom echter van de gelegenheid eens als arbiter op het CTSS te staan.
Hij is op tal van grote en kleine toernooien van de SZVB arbiter (geweest), maar wordt ook door heel wat verenigingen uitgenodigd om oefenwedstrijden te fluiten. Het gaat dan om clubs die hun spelers willen laten wennen aan het spelen onder leiding van een arbiter.
Hoewel Debisarun soms pro Deo fluit en soms vergoed wordt, doet hij dit alles om de futsalsport in het algemeen en de arbitrage in het bijzonder te promoten. Vaak probeert hij spelers dan ook de regels bij te brengen en hetgeen waarop ze moeten opletten. Zijn gouden regel luidt: “Kom nooit aan het lijf van een arbiter, behandel hem altijd met respect. Je hoeft niet altijd eens te zijn met zijn beslissing, want ook hij is mens.”
Debisarun, die nooit gezaalvoetbald heeft, benadrukt echter nog nooit fysiek geweld te hebben meegemaakt. “Weleens scheldwoorden, maar dat ga je hebben”. ‘Met een goed gestemd publiek is het volgens hem altijd prettig om te fluiten’
Hij heeft persoonlijk wel enkele up-and-downs gekend, zoals blessures . Toch blikt Debisarun op een geweldige periode terug. Hij is in juni 2012 aan het woord geweest in “Staatsolie Nieuws” een uitgave van het staatsoliebedrijf. Debisarun ging in op vragen omtrent zijn arbiterscarriere.
Kenneth Raghosingh van de SZVB Scheidrechterscommissie omschrijft Debisarun als een “Heel rustige arbiters die een wedstrijd goed kan benaderen”. Raghosingh: “Hij is één van de arbiters die luistert en zaken goed opvolgt, adviezen meeneemt en zich probeert te verbeteren. Ook heeft hij zelden afgemeld voor een wedstrijd.” Dit laatste is dan ook waarin Debisarun opvalt en waarom hij in het bijzonder zijn gezin dankbaar is voor zijn carrier tot nu toe. Bij wedstrijden is het gezin – vrouw en twee meisjes – present op de publieke tribune of soms de zitplaatsen van de officials. “Ook dankzij mijn gezin heb ik het kunnen maken, omdat zij bij alle wedstrijden erbij zijn”, aldus Debisarun.
Velen kennen hem van het zaalvoetbal waar hij als arbiter niet met zich laat sollen. Onder zijn strakke leiding moeten wedstrijden tot een goed eind worden gebracht.