De regering heeft besloten om alle entrepots, die ondanks verzet vanuit importeurs waren gesloten, te heropenen. De regering blijft erbij dat sommige entrepots in het verleden zijn misbruikt, maar geeft ook aan hoezeer zij het belang van deze faciliteiten voor de economische bedrijvigheid erkent. Dat is meegenomen in de overweging om de entrepots onder nieuwe strengere voorwaarden vrij te geven. De heropenstelling is door waarnemend hoofd Glenn Cruickshank van de Inspectie der Invoerrechten en Accijnzen (douane) vervat in een dienstorder van 8 juni onder nummer 28/2016 met als onderwerp: ‘Definitief besluit betreffende de maatregel sluiting entrepot’. Afschriften van de order zijn verzonden naar onder meer: minister Gillmore Hoefdraad van Financiën, belastingdirecteur Winston Wirth, de voorzitter van de Kamer van Koophandel en Fabrieken, de voorzitter van de Associatie van Surinaamse Fabrikanten, de Vereniging van Douane Expediteurs en afdelingschefs en de chefs van de visitatieposten.
In de dagroder schrijft Cruickshank dat Wirth hem in kennis heeft gesteld van de maatregel. Die mededeling, volgens een schrijven waarop De West de hand heeft kunnen leggen, luidt:
Na heroverweging van het besluit en op grond van de evaluatie van de Inspectie der Invoerrechten en Accijnzen, heeft de regering besloten om naast de vijf entrepots die eerder waren uitgezonderd en opengesteld onder nieuwe voorwaarden voor opslag en uitslag, alle overige entrepots wederom open te stellen. Bovengenoemde maatregel zal nu onder de nieuwe strengere voorwaarden, worden voortgezet.
De voorwaarden zijn:
1.alle opslag en uitslag uit entrepot zonder uitzondering zal onder douanetoezicht plaatsvinden;
2.naast de jaarlijkse inventaris, zal er maandelijkse digitale controle worden gepleegd in de entrepot administratie (het ASYCUDA World Systeem biedt vanaf februari 2016 daartoe goede mogelijkheden);
3.waar nodig zal er reguliere controle door de Centrale Lands Accountantsdienst (CLAD) worden uitgevoerd;
4.de borgsommen ter dekking van de verschuldigde rechten zonder uitzondering zullen via het ASYCUDA World Systeem en de Ontvanger der Invoerrechten en Accijnzen lopen;
5.het inladen van goederen ter doorvoer of wederuitvoer voor wat betreft de bestemming Frans-Guyana zal slechts mogelijk zijn via de officiële veerverbinding te Albina naar de douanepost te Saint-Laurent;
6.in het land van herkomst der goederen dient reeds de bestemming van de lading te worden vastgesteld, hetzij voor definitieve invoer in Suriname of voor doorvoer of wederuitvoer na voorafgaande opslag in entrepot naar een ander land;
7.in geval van doorvoer zal op de bill of lading (BL) of airway bill (AWB) de buitenlandse afnemer moeten zijn aangegeven, terwijl in het geval van wederuitvoer na voorafgaande opslag in entrepot benevens voornoemde verplichting terzake de geconsigneerde, de Surinaamse importeur als notify party mag zijn aangegeven op de BL of AWB;
8.voor wat betreft de bestemming Guyana zal doorvoer en wederuitvoer uitsluitend via de veerverbinding van Canawaima te Sout Drain te Nickerie naar de douanepost te Moleson Creek kunnen plaatsvinden. De doorvoer of wederuitvoer voor elk ander bestemmingsland dient te geschieden via de bij wet aangewezen of toegelaten losplaatsen middels schepen of luchtvaartuigen die een vaste lijndienst tussen Suriname en het buitenland onderhouden. In het geval van doorvoer waarbij goederen worden overgebracht van ene naar het andere aangiftepunt, zullen de goederen steeds onder fysieke begeleiding van de douane worden overgebracht. Benevens de stellen zekerheid ter waarborging van de invoerrechten, zal voor de overbrenging kosten voor toezicht door de douane in rekening worden gebracht;
9.de entrepothouders moeten aan alle overige fiscale verplichtingen (directe en indirecte belastingen) voldoen;
10.de voorwaarden die door de inspecteur der Invoerrechten en Accijnzen zijn opgenomen in de individuele beschikkingen die gekoppeld zijn aan de entrepotvergunningen, zullen per 01 mei 2016 worden vervangen met de nieuwe voorwaarden;
11.per 1 mei 2016 zal jaarlijks het equivalent van U$ 1000 tegen de koers van de Centrale Bank worden betaald door de entrepothouder voor een entrepotvergunning. De betaling geschiedt bij de Ontvanger der Invoerrechten en Accijnzen;
12.Jaarlijks zal deze faciliteit worden geëvalueerd en verlenging is mogelijk na betaling van de rechten.
Bij gebleken misbruik van het stelsel van entrepots of ten behoeve van de doorvoer of wederuitvoer van goederen, zal benevens de op te leggen boete en betaling van de ontdoken of verschuldigde rechten, ook de vergunning tot het mogen beheren van een particulier entrepot onverwijld worden ingetrokken.
Het schrijven van de waarnemend directeur der Belastingen d.d. 5 mei 2016, La. B. no. 1241 wordt hierbij ingetrokken.