Met de dag staan er minder levensmiddelen op de rekken in de winkels. De oorzaak hiervan is de onrust op de valutamarkt, waardoor de Amerikaanse dollar moeilijk of tegen extreem hoge koersen kan worden gekocht. Steven Tjin A Djie, woordvoerder van de importeurs die in maart de import van levensmiddelen voor onbepaalde tijd zouden stoppen, zegt in gesprek met De West, dat levensmiddelen op een laag pitje worden geïmporteerd.
De woordvoerder geeft aan dat het importeren van levensmiddelen niet alleen te maken heeft met de instabiele wisselkoers, maar ook met de afname van de koopkracht in de Surinaamse gemeenschap. De inflatie in Suriname is ongeveer 50 procent, hierdoor moeten Surinamers steeds meer geld neertellen om levensmiddelen aan te schaffen. Dit zonder enige loonsverhoging, wat maakt dat Surinamers alleen noodzakelijke levensmiddelen kopen.
De importeurs hadden in maart middels een persbericht bekendgemaakt de import van levensmiddelen te zullen staken, dit vanwege de torenhoge koers in die periode (SRD 5.45 voor een US$). Deze exorbitante koers vormde een ernstige belemmering om de voorraden op peil te houden, wat schaarste tot gevolg zou hebben naarmate de situatie zou voortduren.
Tjin A Djie bevestigt dat er gesprekken gaande zijn met het ministerie van Handel en Industrie betreffende de instabiele wisselkoers, die een negatieve invloed (prijsstijging) heeft op de prijs van levensmiddelen. Over de inhoud van de gesprekken wenste hij nog geen uitspraken te doen.