Ouders die in deze tijd kinderen financieel ondersteunen tijdens hun studie, zitten met de handen in het haar. Het is namelijk de afgelopen tijd steeds moeilijker geworden voor hen om aan vreemde valuta te komen. Elke student heeft normaal gesproken maandelijks vaste lasten, daarom moeten zij een bepaald bedrag op hun rekening hebben staan, zodat de vaste lasten afgeschreven kunnen worden. Per maand heeft de gemiddelde student ongeveer euro 1000,- nodig om rond te komen voor levensonderhoud, vervoer en studiemateriaal. Studenten met een Surinaamse nationaliteit, mogen volgens de Nederlandse wet per maand maximaal veertig uur werken, daarmee verdienen zij rond de euro 500,- per maand. Niet genoeg voor de huur, boodschappen en openbaar vervoer. De rest moet dus komen van de ouders in Suriname.
Daarnaast is een bijbaantje niet gegarandeerd voor elke Surinaamse student, omdat werkgevers immers zelf een werkvergunning moeten aanvragen als ze een buitenlandse student in dienst willen nemen.
Het gevolg van geldnood en geen werk voor deze studenten, is dat zij veelal ‘zwart’ gaan werken’. Hierdoor hoeft de werkgever geen werkvergunning aan te vragen voor de student, en de student verdient netto meer dan wanneer hij ‘wit’ werkt, en een werkgever kost het minder als hij diegene zwart uitbetaald omdat hij geen belasting afdraagt. Het lijkt dus een win win situatie. Lijkt want, het nadeel is dat het illegaal is: de student is rechteloos, als de opdrachtgever weigert te betalen heeft hij geen been om op te staan. Een ander nadeel is dat personen die zwart werken, niet verzekerd zijn. Als er iets gebeurt, moeten ze zelf voor de kosten opdraaien.