Een nieuw rechterlijk vonnis vanmorgen heeft het gedwongen vertrek van Raymond Sapoen en Diepakkoemar Chitan onderstreept. Het Centraal Hoofdstembureau (CHS) had in een kortgeding gevorderd dat de executie van het vonnis van vorige week om binnen zeven dagen te voorzien in de vervanging van het tweetal zou worden geschorst. De vordering is afgewezen. De status quo is dus dat het CHS uiterlijk vandaag al stappen moet ondernemen om Sapoen te laten vervangen door Barkat Mohabali (VHP) en Chitan door Prim Sardjoe (NPS). Voor elke dag dat het CHS nalaat het vonnis uit te voeren, moet er een dwangsom van SRD 10.000 worden betaald tot een maximum van SRD 500.000.
Sapoen en Chitan vielen in ongenade bij hun partij (PL) omdat ze daags na hun verkiezing (25 mei 2015) tot parlementariërs de partij de rug keerden. Ze gingen in zee met de regering, in tegenstelling tot de partijdiscipline om niet met de regerende NDP samen te werken. Het gevolg was dat ze door de partij werden geroyeerd in een proces dat leidde tot hun terugroeping op basis van de gelijknamige wet.