Mijnals doet boekje open over coup

Advocaat Chas Mijnals, die deel uitmaakt van de Groep van 16, kwalificeert het waarheidsgehalte van president Desiré Bouterse als  bijzonder laag. Dat kwam vandaag naar voren tijdens een persconferentie in het Lalla Rookhgebouw.

Er is onlangs een uitzending in de media verschenen waarin Dew Baboeram (alias Sandew Hira) een vraaggesprek had met president Bouterse, onder de noemer waarheidsvinding naar standrechtelijke executies, c.q. moorden die in 1982 zijn gepleegd. Er is tijdens het vraaggesprek heel veel door Bouterse gezegd waarvan het waarheidsgehalte door Mijnals  als laag gekwalificeerd wordt. “ Het volk van nu en morgen heeft alle recht op waarheid wanneer het om onze geschiedenis gaat die wij zelf hebben geschreven”, vindt Mijnals.

Volgens Mijnals kwam het idee van de machtsovername van hem en niet van een ander: “ Ik wist waar ik vandaan kwam en was bereid mijn leven te geven voor hen die nog daar waren. In Nederland heb ik gestudeerd, ik ben politiek geschoold in de Stichting Wanhati en wij bespraken dat het nodig was om de strijd in Suriname op te pakken en de macht over te nemen.”

Mijnals verduidelijkt dat de machtsovername niet door Bouterse bedacht is geworden, maar door hem. Hij geeft verder aan dat hij met dat plan uit Nederland naar Suriname is terug gekeerd. Volgens Mijnals heeft hij Bouterse in 1978 op de hoogte gebracht van zijn plan en zijn en daarna drie anderen gekozen om mee te doen. De planning van de machtsovername is volgens Mijnals onder zijn leiding geschiedt door vijf personen, namelijk hijzelf, Desiré Bouterse, Badressein Sital, Roy Horb en Laurens Neede.

Er werden harde afspraken gemaakt, zo zou men niet gaan voor vergaring van rijkdom en er zou niet op mensen geschoten worden.  In de aanloop naar de organisatie van de machtsovername, heeft Mijnals naar zijn zeggen suppletie genietenden georganiseerd en leiding aan hun gegeven tijdens onderhandelingen met de toenmalige minister Eddy Hoost en later Willemzorg, vervolgens aan de Bond van Onderofficieren die later Bond van Militair Kader is geworden. Betreffende de groep van 16, zegt Mijnals dat het slechts een commandogroep was die de spits moest afbijten bij de overname van de locaties. Van die groep waren alleen Bouterse en Horb echt op de hoogte van de werkelijke plannen. “ Groep van 16 heeft geen machtsovername gepland, nog minder het land overgenomen”, stelt hij. Tijdens de persconferentie gaf Mijnals verder aan dat er nooit iets is geweest als een linkse coup. Hij geeft aan dat hij nooit plannen beraamd heeft tegen zijn kameraden. Echter werd hij in de cel gegooid. ”Op het moment dat ik in de cel gestopt werd, was mijn analyse dat als ik op dit moment door mijn kameraden opgesloten wordt, terwijl ik absoluut niets heb gedaan, is het niet om mij op te sluiten maar mij te laten verdwijnen, omdat ik kennelijk teveel ben.

Op basis van deze analyse heb ik hersenwerk gedaan en heb zo kunnen voorkomen dat ik samen met anderen werd geliquideerd. Het zou heten dat ik op de vlucht ben doodgeschoten. Bouterse was uit op macht ten koste van zijn naaste kameraden”, verduidelijkt Mijnals. Voor wat de 8 Decembermoorden betreft, zei Mijnals dat hij helaas niets wist van de samenstelling van de lijst. “ Ik weet heel weinig over de situatie van de 15 slachtoffers. De ochtend van 8 december zijn er officieren geweest om door Horb toegesproken te worden, waarbij hij tussen neus en lippen door aangaf dat als jullie horen dat er mensen kapot geschoten zijn, dat het dan zo is. Een ieder was, geschrokken waarna Edgar Ridfeld opstond en vroeg waarom en als er een lijst was. Nadat Horb klaar was heeft Edgar besloten weg te gaan. Vandaag de dag staat Ritfeld als verdachte en dat vind ik heel pijnlijk, omdat hij een van de meest correcte collega’s is die ik ooit gehad heb.” Voor wat het oppakken van de mensen betreft, weet Mijnals heel weinig. Hij gaf aan dat hij ook niet weet als ze werkelijk bezig waren of niet, omdat er bij hem geen indicaties waren. “ Wie er allemaal bezig waren met plannen en het uitvoeren daarvan naast Rambocus en Hawker kan ik u niet vertellen.” Voor wat alle informatie die nu naar buiten betreft lijkt het dat een ieder witte voetjes probeert te halen. Mijnals hiermee geconfronteerd, zegt dat dit de reden was om een persconferentie te beleggen  en zijn verhaal te vertellen. Voor wat de toekomst in het 8 decemberstrafproces betreft, zegt Mijnals dat het volk kennis er van zal nemen, en het volk zal dan zelf een oordeel vellen: “Ik sta niet bekend als een leugenaar in deze samenleving dus ik hoop dat mijn woorden ook geloofd zullen worden.”

More
articles