Parlementariër Ronnie Brunswijk (Abop) was vandaag boos op president Desiré Bouterse, de grote afwezige op het debat over de door de regering afgekondigde solidariteitsheffing op de brandstofprijs en de verhoging van de water- en stroomtarieven. Brunswijk uitte krasse taal en sloeg wel tien keer met zijn naambord op de tafel. Hij verliet uit protest de vergadering voortijdig.

Bij aanvang van de vergadering had vicepresident Ashwin Adhin het staatshoofd verontschuldigd voor diens afwezigheid. Hij zei dat de president het de afgelopen dagen druk heeft gehad met gesprekken met diverse maatschappelijke groepen en vakbonden over modellen voor het geleidelijk invoeren van de tarieven. Bovendien zou Bouterse zich vandaag door een groot deel van de ministers hebben laten vertegenwoordigen om DNA aan te horen.

In een vraaggesprek met De West zei Brunswijk, na de woede-uitbarsting gevolgd door het vertrek uit de vergadering, dat het parlement hét forum is voor de president om te debatteren over zaken die de gemeenschap aangaan.

De parlementariër zegt voorts dat hij geen genoegen kan nemen met de verklaring van de vicepresident.

Brunswijk:  “Hij moet naar het parlement komen, omdat hij verantwoording verschuldigd is aan het volk en het parlement. Hoe serieus moeten we een vergadering nemen waarbij het volk zoveel vragen heeft en de president niet aanwezig is. We willen face to face met de president praten.”

NDP- parlementariër Patrick Kensenhuis (NDP) zegt dat het gedrag van Brunswijk gezien moet worden als een manier om zijn gevoelens te uiten. Hij zegt dat elke volksvertegenwoordiger zijn eigen manier heeft om zijn standpunten kenbaar te maken.

door Ivan Summerville-