Mevrouw Ria H., verscheen vandaag voor kantonrechter Cynthia Valstein-Montnor om zich te verantwoorden over de ten laste gelegde oplichting. De vervolgde is in vrijheid gesteld en hoorde samen met mr.Rodgers de verklaringen van de getuige aan. Een van de benadeelden verklaarde op de zitting dat hij in september 2014 een advertentie in dagblad ‘De Ware Tijd’ las. Hij schreef aan de hand daarvan zijn in voor een MBO-opleiding bij de Nederlandse Handels Academy (NHA). De beklaagde stelde zich daarbij voor als algehele coördinator van de instantie en ontving meer dan SRD 3000 aan inschrijfgeld en lesgeld voor het eerste trimester. Wachtende op het lesmateriaal dat uit Nederland moest komen, maakte de benadeelde vaker contact, omdat de wachttijd verstreken was. Hij werd argwanend, omdat er geen reactie kwam op zijn bellen, sms’en en e-mailen. Kort daarna las hij in de krant dat de beklaagde niet meer namens de organisatie mocht optreden en dat zij in verzekering was gesteld. Hij deed direct aangifte tegen haar. De beklaagde ontkende de verklaringen niet, maar bevestigde ze juist. Verder verklaarde zij dat zij de gelden van nieuwe inschrijvingen gebruikt had om kosten over vorige lesperioden te betalen. Het geld van die vorige lesperiode had ze namelijk niet in handen en de directeur had haar toestemming gegeven om deze handeling te plegen. De rechter wees haar erop dat de organisatie ontkent haar deze toestemming te hebben gegeven en dat zij zelfs toen ze wist dat er geen lessen meer verzorgd zouden worden, nog gelden ontving. Volgens haar heeft zij bewijzen dat zij wel gemachtigd was door de organisatie en dat zij docenten betaald heeft maar die moet ze nog aan de rechter laten zien. Op 15 april gaat deze zaak weer voor, dan wordt er nog een benadeelde gehoord.