Coutinho: ‘500 USD per maand voor elke Surinamer’

Steven Coutinho, voormalig directeur van De Surinaamsche Bank (DSB), heeft zijn visie gegeven op het tekort aan crisismanagement in Suriname. Hij is van mening dat de huidige regering niet in staat is geweest, oplossingen te vinden voor verschillende problemen of om vragen effectief te beantwoorden.

Coutinho benadrukt dat praten alleen de problemen niet kan oplossen, zoals die van de beschadigde economie en infrastructuur. Hij stelt voor dat de regering zich richt op het vergroten van de koopkracht en stabiliteit van de Surinaamse bevolking, door ervoor te zorgen dat er meer geld in hun zakken terechtkomt. Dit omvat niet alleen het geven van financiële steun, maar ook het creëren van een sociaal vangnet voor mensen die het moeilijk hebben.

Coutinho verwijst naar zijn recent gepleegd onderzoek, waarin hij een gegarandeerd basisinkomen voor alle Surinamers aanbeveelt. Hij stelt voor een bedrag van 500 US-dollar per maand voor iedere Surinamer in tijden van crisis vrij te maken. Volgens hem is deze discussie cruciaal, omdat veel mensen in Suriname gedreven door angst, verkeerde keuzes maken, kiezen voor een baan die ze niet leuk vinden, of meerdere banen tegelijk aannemen. Hij wijst op het gebrek aan stabiliteit in het systeem, waardoor mensen essentiële zaken zoals medicijnen niet kunnen betalen, wanneer ze een ziekenhuis bezoeken. Coutinho suggereert dat met een goed beheer van de natuurlijke hulpbronnen van het land, het mogelijk is een dergelijk basisinkomen toe te kennen.

Coutinho trekt een parallel tussen zijn ervaring met het managen van de crisis bij De Surinaamsche Bank en de huidige situatie van het land. Hij noemt de focus op het bezuinigingsbeleid door internationale organisaties zoals het Internationaal Monetair Fonds, dat negatieve gevolgen heeft gehad voor de mensen zonder alternatieve bronnen van inkomsten. Hij benadrukt de noodzaak van een evenwichtige aanpak van crisisbeheer, waarbij zowel kostenreductie als het genereren van inkomsten, in overweging worden genomen.

Verder bespreekt Coutinho de risico’s voor de financiële sector in Suriname, waar veel Surinamers geen toegang hebben tot bankrekeningen. Hij wijt dit aan compliance problemen en het ontbreken van goede risicomanagementmaatregelen in het financiële systeem. Hij gelooft dat de bezorgdheid van Suriname om op de ‘zwarte lijst’ te komen, een meer alomvattende aanpak van het risicobeleid in de financiële sector, in de weg heeft gestaan. Coutinho suggereert dat het essentieel is om deze kwesties aan te pakken en risico’s effectief te beheren om zo het algehele financiële systeem te verbeteren.

Coutinho trekt ook lessen uit zijn ervaring met het managen van de crisis bij DSB, waarbij hij het belang benadrukt van een evenwichtige aanpak die zowel kostenreductie als het genereren van inkomsten omvat. Hij uit ook zijn bezorgdheid over de risico’s voor de financiële sector in het land en de beperkte toegang tot bankdiensten voor veel Surinamers. Coutinho stelt voor om nalevingsproblemen aan te pakken en goede risicobeheersmaatregelen toe te passen om het financiële systeem te verbeteren.

More
articles