‘Politie mag niet zomaar iemands huis binnenvallen’

De politie is recent een verkeerde woning binnengestormd en heeft toen ook de verkeerde verdachten afgevoerd. Inmiddels heeft de politie voor dit incident haar verontschuldigingen aangeboden. Op sociale media wordt er vaak genoeg getwijfeld aan het buitensporig handelen van de speciale eenheden van de politie waaronder het A-Team (AT) en de verschillende Regio Bijstands Teams (RBT). Irene Lalji, strafrechtadvocaat zegt desgevraagd dat de politie niet de bevoegdheid heeft om woningen binnen te vallen.
Zij zegt dat volgens artikel 134 van het wetboek van Strafvordering de opsporingsbevoegdheid ligt bij de procureur-generaal en leden van het Openbaar Ministerie (OM), de districtscommissaris voor hun district, ambtenaren van politie en buitengewoon agenten van politie, indien deze zijn aangewezen door de minister van Justitie en Politie.
Lalji vertelt dat de pg en leden van het OM bevelen geven aan personen met de opsporing belast.
Opsporingsambtenaren mogen de hulp inroepen van openbare burgerlijke en de gewapende macht (artikel 136 wetboek van Strafvordering). Zij legt uit dat een opsporingsambtenaar die geen vervolgingsambtenaar of hulpofficier is, een woning niet tegen de wil van de bewoner mag betreden zonder schriftelijke last van het OM of van deDC. Dit staat opgenomen in artikel 113. “Dus als een opsporingsambtenaar een woning wil binnentreden tegen de wil van een bewoner moet er een last zijn (schriftelijk) of een hulpofficier moet erbij zijn of een vervolgingsambtenaar” benadrukt de strafrechtadvocaat. Hierna moet er binnen 24 uur een proces verbaal (pv) worden opgemaakt. Het niet voldoen aan deze voorwaarden is daarbij het optreden volgens Lalji onrechtmatig en zo ook elk bewijs dat vergaard is. “Het is ‘besmet’ bewijs en advocaten gebruiken dat derhalve als grondslag voor vrijlating. Dus onzorgvuldigheid van politie is niet zonder gevolgen vanuit dat aspect” aldus de strafrechtadvocaat.
Lalji zegt dat in geval van het op heterdaad betrappen andere regels van toepassing zijn. Artikel 46 van het wetboek van Strafvordering zegt dat een ieder bij ontdekking op heterdaad, elke plaats mag betreden ter aanhouding van een verdachte met uitzondering van een woning waarvan de toegang door de bewoner wordt geweigerd en van de plaatsen genoemd in art 116 op de tijden in dat artikel aangegeven. Lid 2 van hetzelfde artikel zegt dat in geval van ontdekking op heterdaad en ook buiten de gevallen van heterdaad mag de opsporingsambtenaar iedere plaats betreden ter aanhouding van de verdachte, waar bij de artikelen 113 -166 van toepassing zijn.

Lalji verklaart dat controle op het optreden van de politie, geschiedt door de pg en het OM. De pg waakt ook over de richtige opsporing van strafbare feiten en geeft daartoe bevelen aan leden van het OM. De strafrechtadvocaat zegt dat in een rechtszaak het onrechtmatig handelen van de politie wordt afgestraft door het niet ontvankelijk verklaren van het OM.

Slachtoffers van onrechtmatig optreden van de politie kunnen volgens Lalji schadevergoeding vorderen tegen de Staat. Zij geeft ook aan dat dit door middel van een proces zal moeten geschieden, indien de Staat niet wil schikken en niet uitbetaalt.

door Johannes Damodar Patak

More
articles