Staatsolie heeft toegang tot rekeningen oliemaatschappijen

De Surinaamse petroleumwetten schrijven voor dat accountants en vertegenwoordigers van het staatsbedrijf, te allen tijde toegang hebben tot de faciliteiten, uitrusting, activiteiten, rekeningen, dossiers en registers van elke oliemaatschappij. Dit betekent dat Staatsolie de bevoegdheid heeft om toegang te krijgen tot de rekeningen van elke oliemaatschappij. Deze belangrijke bepaling ontbreekt echter in de contracten van Guyana. Volgens de Production Sharing Agreement (PSA) die ExxonMobil met de regering van Guyana heeft ondertekend, heeft het land het recht om de boeken van het bedrijf te controleren.

Dat recht werd echter verleend samen met enkele zeer beperkende maatregelen. Deze maatregelen worden beschreven in artikel 23 en bijlage C van het contract.

Bijlage C bevat een clausule ‘Audit- en inspectierechten van de overheid’, waarin gesteld wordt dat de minister ‘’het recht heeft om na een schriftelijke kennisgeving van 90 dagen, op eigen kosten en kosten, de rekeningen en verslagen van de aannemer, die hieronder worden bijgehouden met betrekking tot elk kalenderjaar, binnen twee jaar na het einde van elk kalenderjaar te controleren. dat jaar’’. Het contract bepaalt dat de minister op redelijke tijden tijdens normale kantooruren, maar niet meer dan één keer per kalenderjaar, alle kosten en kredieten met betrekking tot de activiteiten van de aannemer in het kader van de overeenkomst en alle boekhouding, boekhoudkundige posten mag controleren, onderzoeken en verifiëren, w.o. materiaalrecords en inventarissen, vouchers, loonlijsten, facturen en alle andere documenten, correspondentie en documenten die nodig zijn om de kosten en kredieten te controleren en verifiëren. De PSA stelt ook dat ExxonMobil en de regering aan het einde van elke audit zullen trachten openstaande kwesties op te lossen. Binnen 60 dagen na de afsluiting van een dergelijke audit, zal een schriftelijk rapport aan de contractant worden verstrekt. Indien de partijen niet binnen 60 dagen na het onderzoek van de minister kunnen instemmen met de beslissing over de controleclaim van de minister, zal er arbitrage plaatsvinden in overeenstemming met de arbitragebepalingen van het contract. De pro-contractor-bepalingen houden daar niet op. In feite moet de overheid ExxonMobil 24 uur van tevoren op de hoogte stellen voordat het de offshore-activiteiten van de oliemaatschappij kan bezoeken. Van de overheid wordt ook verwacht dat zij op eigen kosten een dergelijk bezoek brengt. Dit is vastgelegd in artikel 9 van het contract, dat betrekking heeft op records, rapporten en informatie.

Artikel 9 e stelt: ‘’De minister heeft, via naar behoren aangestelde vertegenwoordigers, na de aannemer ten minste zeven dagen van tevoren op de hoogte te hebben gesteld, het recht om de aardoliewerkzaamheden die door de aannemer worden uitgevoerd op eigen kosten en op alle redelijke alle activa, dossiers en gegevens die door de contractant worden bewaard met betrekking tot dergelijke petroleumactiviteiten inspecteren. Bij de uitoefening van dergelijke rechten op grond van deze paragraaf, zal de minister zich niet onnodig mengen in de petroleumactiviteiten van de contractant onder deze overeenkomst.” De overeenkomst met ExxonMobil komt onder vuur te liggen vanwege de scheve regelingen en er is gevraagd om de overeenkomst te herzien. ExxonMobil begon afgelopen december met de productie van olie en is bezig met het brengen van extra productie- en opslagvaten, waardoor de productie wordt opgevoerd van de limiet van 120.000 vaten per dag naar meer dan 550.000 vaten in 2024.

(Bron: https://www.kaieteurnewsonline.com/)

More
articles