Corruptie in Suriname product van eigen bodem, geen erfenis van koloniaal verleden

De toezegging van Koningin Wilhelmina in 1944, dat de kolonies de bevoegdheid zouden krijgen om de ‘’eigen, binnenlandse aangelegenheden zelfstandig te behartigen’’, heeft de kiem gelegd voor het corruptie bevorderend etnisch politiek bestel in Suriname. Tot die conclusie komt jurist André Haakmat, die in 1980 korte tijd vicepremier en minister was in het kabinet Chin A Sen II. Haakmat deed onderzoek naar de wortels van de wijdverbreide corruptie in Suriname en ging na of die corruptie het gevolg is van het Nederlands koloniaal verleden of van eigen bodem. Op donderdag 29 september 2022 om 13.30 uur, verdedigt hij zijn proefschrift: ‘Corruptie en corruptiebestrijding in Suriname’ aan de Open Universiteit in Heerlen, Nederland.

Corruptie Suriname manifesteert zich bij gronduitgifte en ambtenarenapparaat

Voor de nieuwe status van de kolonies stelde de Nederlandse regering de eis, dat het nieuwe parlement een afspiegeling was van de gehele bevolking. In Suriname leidde dat tot politieke partijvorming op etnische basis en een corruptogeen partijpolitiek stelsel. De corruptie manifesteerde zich op de twee terreinen, die als gevolg van de verkregen autonomie onttrokken werden aan direct toezicht van Nederland: de gronduitgifte en het ambtenarenapparaat.

Dat concludeert André Haakmat na historisch onderzoek vanaf het moment dat Suriname een kolonie werd van Nederland tot aan de onafhankelijkheid op 20 november 1975.

Zowel bij de gronduitgifte als bij de aanstelling van ambtenaren, kent Suriname een beleid van ‘family and friends’, waarbij familieleden en politieke geestverwanten worden begunstigd. Beloften van politieke partijen om een einde te maken aan deze vorm van corruptie, worden niet nagekomen en zijn vooral – zoals het in Suriname heet – ‘podiumtaal’. Ook de huidige regering Santokhi maakt zich hier schuldig aan, wat de hardnekkige en steeds luider wordende protesten in het land verklaart.

Bestrijding corruptie beste waarborg tegen politieke instabiliteit

Om politieke instabiliteit in Suriname tegen te gaan en vergaande maatschappelijke onrust en geweld te beteugelen, biedt een effectieve bestrijding van corruptie, als onderdeel van good governance, de beste waarborg. Van een dergelijke effectieve corruptiebestrijding in een ‘corrupte maatschappij’ kan pas sprake zijn bij grondige hervorming van het politiek/maatschappelijk en sociaal bestel.

Promotie André Haakmat

André Haakmat (Suriname, 1939) schreef zijn proefschrift als buitenpromovendus aan de faculteit Rechtswetenschappen van de Open Universiteit. Haakmat werkte in Nederland onder meer voor het Openbaar Ministerie en als advocaat in Amsterdam. In 1980 was hij in het kabinet Chin A Sen II korte tijd vicepremier en minister van Justitie, van Leger en Politie en van Buitenlandse Zaken. Nadat hij in 1982 een moordaanslag overleefde, kwam hij terug naar Nederland, waar hij een verzetsbeweging van Surinamers leidde tegen de militaire dictatuur van het bewind van Bouterse. In 1987 nam hij afscheid van de politiek. Voor zijn proefschrift deed André Haakmat ook onderzoek naar de voedingsbodem van de drugsbendeoorlogen in Amsterdam en de vraag of Suriname met de Anticorruptiewet uit 2017 de verplichting schendt die voortvloeit uit zowel het OAS-Verdrag tegen corruptie van 1996 als het VN-Verdrag tegen corruptie van 2003.

André Haakmat verdedigt op donderdag 29 september 2022 om 13.30 uur zijn proefschrift ‘Corruptie en corruptiebestrijding in Suriname’ aan de Open Universiteit in Heerlen. Zijn promotor is hoogleraar criminologie prof. dr. Emile Kolthoff, copromotor is mr. dr. Mark Nelemans.

Bron: https://www.ou.nl/-/promotie-corruptie-in-suriname-product-van-eigen-bodem-geen-erfenis-van-nederlands-koloniaal-verleden

More
articles