In memoriam: Frans Bubberman

Bij het snel doorbladeren van een net ontvangen krant, zag ik de krantenkop: IN MEMORIAM, en een foto met de heren Molgo en Bubberman. Ik ging ervan uit dat het weer een eerbetoon aan de recentelijk overleden heer Molgo was. Pas uren later, na het echt lezen van de krant, werd het mij duidelijk dat het stuk ging over de blank uitgevallen ‘tweelingbroer’ van de heer Molgo, genaamd Frans Bubberman, bosonderzoeker, bosbeheerder en wegenbuower bij uitstek. Na mijn afstuderen in Nederland in 1975, keerde ik binnen twee weken terug naar Suriname.
Op het vliegveld Zanderij werd ik welkom geheten door de geoloog dr. Henk Dahlberg, die mij aangaf dat ik reeds in dienst aangenomen was, en dat ik mij op de volgende maandag moest aanmelden bij de Geologisch Mijnbouw-kundige Dienst. Die maandag kreeg ik te horen dat ik mij op donderdag zou moeten aanmelden op het vliegveld Zorg en Hoop voor een vlucht naar het vliegveld Oelema-rie. Daar maakte ik, staande naast een nog redelijk uitziend neergestort vliegtuig, als woning overgenomen door een stel apen, voor het eerst kennis met Frans Bubberman die mij als blanke bakra veel over het binnenland kon vertellen. Hij was ook toen gekleed in zijn klassieke korte kniebroek, met aan zijn voet de voor die tijd als lelijk aangeduide kuitlaarzen, die nu niet mogen ontbreken op podia bij muziekshows van jongeren.
Voor Bubberman waren deze schoenen functioneel, omdat ze makkaslang bestendig waren. Bij mijn terugkeer naar Paramaribo vloog ik samen met hem en op het vliegveld was zijn aangepaste rode Volkswagen met open dak en zonder deuren op de parkeerplaats, al die dagen achter gebleven. Het kon, want in die dagen werden langer dan normaal geparkeerde auto’s, al of niet met open deuren, niet gestript.
Bubberman is het meest bekend geworden als bosbeheerder en als de controleur van het natuurpark Blaka Watra, waarbinnen de toenmalige premier Pengel zijn buitenverblijf had laten opzetten. Frans lette zeer streng erop dat de natuur daar niet verstoord werd, maar hij zorgde er ook voor, dat de wegen en de wegaanduidingen altijd in een perfecte conditie waren, en wel op het niveau van de Cul-tuurtuin in Paramaribo, die meer dan tienmaal kleiner was. Bij meerdere planten was de Latijnse naam van de boom op een plaat aangegeven. Meenemen van een boom in dat park mocht niet, en er werd daar steng op gelet.
Bomen kappen mocht totaal niet, en het zou niemand lukken om een toch gekapte boom uit dit park weg te krijgen, niet volgens de wet, en ook niet met corruptie, want de bladzijde in hun woordenboek met het woord corruptie, was destijds door de heren Bubberman en Molgo weggescheurd. De bruggen waren er altijd in perfecte conditie, hetzij in hout, hetzij in metaal.
Er was een natuurzwemlocatie, net als bij Colakreek en er was ook een natuurlijke waterval, met natuursteen.
Meenemen van stenen was niet toegestaan. Met veel moeite kreeg ik in 1983 van de beheerder zonder een brief van Bubberman toestemming om een steen ter grootte van een puntbroodje, of een kleine fles Coca Cola uit de val mee te nemen in het kader van een nationaal natuursteen inventarisatie onderzoek langs alle berijdbare Surinaamse wegen. Het was daarom zeer pijnlijk voor mij, en naar later bleek ook voor Bubberman en Molgo, om in 2015 mee te maken dat dit beschermd gebied voor mijnbouw werd vrijgegeven aan een bedrijf, gelieerd aan een ex-minister, en dat de grond er totaal werd uitgegraven en opgeblazen. Voor mij was het nog erger, omdat een ingehuurde Hollan-der mij bij een dagtrip ter oriëntatie van dit gebied, de toegang heeft ontzegd, omdat hij ongestoord wilde doorgaan met vernietigen. Er kwamen later wel excuses van zijn Ne-derlandse en Surinaamse meerderen aan mijn persoon, en de Hollander werd vervroegd overgeplaatst.
Bubberman was ook betrokken bij het natuurpark Browns-berg en heeft dat jaren ook zien beheren volgens regels van natuur behoud. Hij kon later niet veel meer doen ,toen goudzoekers ongestraft ,deze gronden mochten vernietigen, en houthakkers ongestraft hun werk konden doen, versterkt in de fase toen Chinese en Maleisische houtexploitanten de gebieden mochten binnentrekken. Bij Molgo en Bubberman was er selectieve houtkap, maar met de komst van de ze Chinezen en Maleisiers werd alles gekapt dat rechtop stond. Bubberman heeft ook gewerkt aan de weg naar West Suriname , waardoor men over een afstand van 640 kilometer vanuit Paramaribo via Zanderij, Wita-gron, Apoera en Avanavero naar Amotopo in Zuid-West Suriname kon rijden. Hij was er voor controle van de aannemers op werk voortgang, maar vooral voor controle voor het plaatsen van de juiste wegenbouwmaterialen op en onder de wegen. Een nieuwsgierige, leergierige kwajongen werd daarbij door zijn vader naar het veld meegenomen, en die heeft er technisch en moreel veel van opgestoken, want hij is nu de algemeen directeur van de N.V. Haukes, genaamd Helmut Haukes.
Bubberman, Molgo en vader Haukes sr., hebben de weg naar Amotopo aangelegd, een weg die dichter bij Brazilie eindigt, dan bij de Surinaamse zeekust. De fraaie aanloop van de brug over de Surinamerivier bij Carolina , waarbij er een grote kankantrie aan twee zijden werd ingesloten door wegen, net voor de brug, heeft Helmut Haukes vrijwel ze-ker destijds afgekeken van Bubberman bij de Sisakreek bij km 621 van de weg naar Amotopo.
Bubberman was, mens zijnde, ook bereid om bij een leugentje in het belang van de Surinaamse zaak mee te werken. Toen het vliegveld van Amotopo in 1983 reeds weken afgebouwd was, maar de Luchtvaart dienst maar niet kon komen voor de keuring en certificering, vanwege het verplicht rijden over tweemaal 640 kilometer (vier dagen), werd er door de veldgroep een truc bedacht. Er vertrok een vliegtuig uit Paramaribo, officieel voor een vlucht naar het reeds jaren in dienst zijnde en goedgekeurde vliegveld Coeroenie dat slechts 30 kilometer verder was, maar niet over land bereikbaar was. Bubberman stelde toen voor dat het vliegtuig vertrok naar Coeroenie, maar dat er tijdens de vlucht zou worden doorgegeven, dat er een zeer zware bewolking en mist boven dat vliegveld hing, waardoor landen daar niet mogelijk was.
Het vliegtuig moest daarom voor een ‘voorzorglanding’ uitwijken naar een vliegveld in de buurt, dus het nieuwe vliegveld Amotopo, wat ook gebeurde. Dat was de eerste officieuze landing op Amotopo, waarbij er ‘toevallig’ in het vliegtuig ook champagne, bami, roti, taart en Parbo bier waren meegekomen.
Amotopo werd zo officieus geopend, en nadat de piloot zijn verslag met foto’s van de voorzorgslanding aan de Lucht-vaartdienst had afgegeven, kwam ook de Luchtvaartdienst al vliegend in minder dan twee uren, in plaats van twee dagen rijden, naar Amotopo. Bubberman en Molgo hadden een praktisch bubbermol, bushmans solution voor dit certificeringsprobleem gevonden.
Bubberman was een Witte Bakra, maar als het om het Su-rinaamse natuurbeheer belang ging, was hij vaker meer Surinamer dan vele Surinamers, en als het moest, ging hij tegen andere bakra’s en Surinamers in, voor het algemene Surinaamse natuurbelang. Hij vertrok van ons slechts een maand na Molgo. Het moet een afspraak tussen de heren geweest zijn. Laten de huidige natuurbeheerders het werk van deze heren voortzetten, zodat zij met een gerust hart van DAARBOVEN, naar de voortzetting van hun werken hier beneden kunnen kijken. Aan de nabestaanden van Molgo en Bubberman wordt sterkte toegewenst.

Drs. Eddy Monsels

More
articles